9.4 Kennislacunes

JGZ richtlijn Heupdysplasie (2018)

Heupdysplasie
  • Er is onvoldoende wetenschappelijke kennis beschikbaar over de rol van de volgende factoren bij het ontstaan van DDH: 
    • Kindfactoren: congenitale musculaire torticollis, etniciteit, neurologische afwijkingen, voorkeurshouding, draagzakken en -doeken. 
    • Factoren rond zwangerschap en bevalling: dwarsligging, onvolkomen versus volkomen stuitligging, duur stuitligging, periode in de zwangerschap waarin deze stuitligging bestond, uitwendige versie bij stuitligging. 
  • Er is onvoldoende kennis over de kosteneffectiviteit van screening voor DDH bij kinderen, en over de benodigde randvoorwaarden. Met name ontbreekt betrouwbare informatie over het aantal verwijzingen en het aantal gediagnosticeerde en behandelde kinderen met DDH. Zie bijlage 2 voor een overzicht van de beschikbare literatuur over kosten voor de JGZ van toepassing van het screenings- en verwijsprotocol voor opsporing van DDH bij kinderen t/m 6 maanden oud. 
  • Er is onvoldoende wetenschappelijke onderbouwing voor concrete en leeftijdsafhankelijke afkapwaarden van afwijkend lichamelijk onderzoek voor wat betreft de abductie van de heupen en de kniehoogte die indicatie zijn voor verwijzing voor aanvullend beeldvormend onderzoek of verwijzing naar de (kinder)orthopeed. 
  • Er is geen wetenschappelijke literatuur beschikbaar over welke JGZ-professional het heuponderzoek het beste kan uitvoeren. 
  • Een systematische review van literatuur over de effectiviteit en uitvoerbaarheid van echografische screening op DDH in de JGZ is geïndiceerd.

 

Heb je vragen?

Neem voor vragen of meer informatie contact met ons op

Contact opnemen

Heb je suggesties voor verbetering van deze JGZ-richtlijn?

Geef jouw feedback