Richtlijn: Module Beeldbellen in de jeugdgezondheidszorg (2023)

3. Wanneer beeldbellen inzetten

3.1 Momenten van contact

Aansluitend bij het Landelijk Professioneel Kader (LPK) wordt na ieder contact samen met de ouder/jeugdige het vervolg bepaald. Bespreek samen de wensen qua leeftijd en uitvoerende discipline, maar ook qua vorm van het contact. Beeldbellen is dan één van de keuzemogelijkheden om contact te hebben met ouders en jeugdigen. De JGZ-professional kan dit aanbieden als keuzemogelijkheid, en benoemt daarbij de voor- en nadelen. Beeldbellen is niet enkel bedoeld als ‘vervanging’ van specifieke momenten van (face-to-face) contact op specifieke leeftijden. Het is een één van de mogelijkheden van contact tussen JGZ en ouder/jeugdige.

Een contact via beeldbellen heeft een aantal voordelen, zowel voor de JGZ-professional als voor de ouder/jeugdige. Voor de JGZ-professional kan beeldbellen tijd besparen, het geeft meer informatie dan een telefonisch contact, en het is makkelijker om een (tweede) ouder of hulpverlener digitaal aan te laten sluiten. Dit laatste voordeel geldt ook voor de ouder/jeugdige. Daarnaast bespaart het voor de ouder/jeugdige reistijd, is het makkelijker te combineren met werk, overige kinderen of andere afspraken, en is het een laagdrempelige manier om vragen te stellen.

Een moment van contact via beeldbellen is over het algemeen zeer geschikt voor specifieke onderwerpen, bijvoorbeeld over opvoeding en ouderschap. Beeldbellen kan ook worden ingezet voor het beantwoorden van korte vragen of voor een vervolg/begeleidingscontact in verband met bijvoorbeeld psychosociale problemen of overgewicht. Als vooraf wordt ingeschat dat een lichamelijk onderzoek wenselijk is, dan is contact via beeldbellen geen voor de hand liggende keuze.

Naast individuele momenten van contact is beeldbellen vaak ook geschikt om een multidisciplinair overleg (MDO) te houden.

3.2 Doelgroepen

Beeldbellen kan lastig zijn voor mensen die laaggeletterd zijn en/of beperkte digitale en gezondheidsvaardigheden hebben. Denk hierbij ook aan mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB). Het is belangrijk om bij iedereen open te staan voor de kansen van beeldbellen. Bespreek de wensen en mogelijkheden met de ouder/jeugdige, vul niet voor hen in dat hij/zij wel of niet wil beeldbellen.

Gezondheidsvaardigheden zijn de vaardigheden om informatie over gezondheid te verkrijgen, te begrijpen, te beoordelen en te gebruiken bij het nemen van beslissingen over gezondheid. Veel mensen (24,5%) hebben beperkte gezondheidsvaardigheden16. Een deel van de mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden is laaggeletterd: 2,5 miljoen mensen in Nederland zijn laaggeletterd17. Ouderen, laagopgeleiden en mensen met een migratieachtergrond zijn sterker vertegenwoordigd in de groep mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden18.

Toch kan beeldbellen ook voor mensen met beperkte digitale en gezondheidsvaardigheden een goede optie zijn. Het bieden van praktische informatie kan hierbij ondersteunend zijn. Pharos heeft een aantal adviezen geformuleerd, die uiteraard ook voor andere ouders/jeugdigen van toepassing kunnen zijn.

  • Probeer de digitale vaardigheden van de ouder/jeugdige in te schatten. Een handig hulpmiddel hierbij is de Quickscan digitale vaardigheden (Pharos).
  • Bied extra begeleiding of verwijs hiernaar. Vaak is het voldoende de stappen één keer goed uit te leggen. Visuele informatie op papier of via een filmpje kan hier ook bij helpen. Mogelijk zijn er lokale initiatieven voor ondersteuning, zo wordt in veel bibliotheken digitale hulp aangeboden.
  • Bied de ouder/jeugdige de mogelijkheid om vragen te stellen over het beeldbellen. Sommige organisaties hebben speciale supportteams voor ouders/jeugdigen en/of professionals. Mogelijk kunnen de medewerkers van bijvoorbeeld het klantcontactcentrum hier ondersteuning bij bieden.
  • Gebruik de terugvraagmethode. Met de terugvraagmethode kun je nagaan of je boodschap goed is overgekomen. Je doet dit door de ouder/jeugdige te vragen om in eigen woorden te vertellen wat jullie zojuist hebben besproken. Bijvoorbeeld: ‘Ik wil graag weten of ik het goed heb uitgelegd. Wat ga je thuis vertellen (of doen)?’

Voor meer informatie, bekijk de factsheet Beeldbellen met mensen met beperkte digitale en gezondheidsvaardigheden.

15. https://www.pharos.nl/wp-content/uploads/2021/01/Pharos-Beeldbellen.pdf
16. Willems, A. E. M., Heijmans, M., Brabers, A. E. M., Rademakers, J. Gezondheidsvaardigheden in Nederland: factsheet cijfers 2021. Utrecht, NIVEL, 2021.
17. Algemene Rekenkamer (2016), Aanpak van laaggeletterdheid. Den Haag: Algemene Rekenkamer.
18. Heijmans M et al. Kennisvraag. Zorg op maat. Hoe kunnen we de zorg beter laten aansluiten bij mensen met lage gezondheidsvaardigheden?. Utrecht: NIVEL 2016.
19. Pharos (2022): Beeldbellen met mensen met beperkte digitale en gezondheidsvaardigheden. Utrecht: Pharos.


Pagina als PDF