Voor de fysieke en psychosociale ontwikkeling van een kind is een normale motorische ontwikkeling van belang. Een normale motorische ontwikkeling draagt bij aan een actieve leefstijl (en vice versa). De kans is dan groter dat kinderen mogen meedoen, op school en daarbuiten[1]. Bepalend voor de motorische ontwikkeling zijn de neurologische ontwikkeling, aandoeningen van het bewegingsapparaat, lichamelijke activiteit (kindfactoren), omgevingsfactoren (ouders, scholen etcetera), en de interactie tussen deze factoren[2][3][4]. De gevolgen van een verminderde motorische ontwikkeling zijn divers. Kinderen met motorische ontwikkelingsproblemen hebben vaak een lager zelfbeeld[4][5] worden vaak gepest[7] en ervaren meer emotionele problemen[5], angststoornissen of depressies4. Hierdoor nemen ze beperkter deel aan sociale activiteiten, wat weer kan leiden tot een inactieve leefstijl, isolatie en angst[4][5][6]. Het resultaat is een negatieve spiraal door verdere afname van motorische vaardigheden met een stijgende kans op overgewicht en verslechtering van lichamelijke en psychosociale gezondheid. De meeste kinderen met motorische ontwikkelingsproblemen hebben deze problemen tien jaar later nog steeds[8]. Als een kind een motorisch ontwikkelingsprobleem heeft, kan dit ook invloed hebben op het gezin: door een verhoogde kans op spanningen en stress, kan dit tot gevolg hebben dat het gezin minder sociale activiteiten onderneemt[6].
Samengevat: het is van belang motorische-ontwikkelingsproblemen zo vroeg mogelijk vast te stellen, zodat er ingegrepen kan worden. De effecten van een afwijking hebben namelijk negatieve gevolgen voor zowel het individuele kind, als het gezin.