5 stappenplan
Bij kinderen met een pestprobleem dat individuele aandacht behoeft, wordt een interventie gestart. Bij de aanpak worden zowel de kinderen die gepest worden als die pesten en de ouders van deze kinderen betrokken. De aanpak bestaat uit 5 stappen:
1. Inschatting behoeftes van het kind
De behoeftes van het kind (en zijn/haar ouders) worden in kaart gebracht, zodat hierop aangesloten kan worden bij het bieden van hulp. Geïnformeerd wordt onder andere naar de voorkeur met welke (andere) volwassenen het pesten kan worden besproken. De JGZ handelt in samenspraak met het kind en vraagt toestemming om het pestprobleem met ouders en/of anderen te bespreken.
2. Overleg met ouders
Nadat het pesten gesignaleerd is, dient de JGZ-medewerker dit met de ouders te bespreken om: 1) de mogelijkheden en behoeftes te bespreken om een individueel interventietraject aan te gaan; 2) ouders toestemming te vragen om het pestprobleem op school te bespreken; 3) de ouders aan te sporen om ook zelf met de school te gaan praten om het pestprobleem op te lossen. Het is van groot belang dat de ouders worden betrokken bij het zorgtraject. In het overleg met ouders wordt aandacht besteed aan de individuele aspecten die het omgaan met pesten mogelijk beïnvloeden, zoals culturele achtergrond, taalproblemen, opleidingsniveau en gezinssituatie.
3. Overleg met school, sportclub of andere organisatie
Nadat het pesten is gesignaleerd, dient een terugkoppeling plaats te vinden naar de docent van de leerling. Dit kan ook via een regulier overleg met de zorgcoördinator of intern begeleider van de school. In dit gesprek dient ook eventueel bekende informatie over daders en meelopers te worden betrokken. Op deze wijze kan in het overleg met de school worden afgestemd welke partij zorg zal dragen voor een vervolgtraject van de leerling. Hierbij dient geïnformeerd te worden naar wat er al gedaan is om pesten tegen te gaan en wat het effect hiervan was, zodat advisering hierop afgestemd kan worden. Tijdens dit overleg kan vervolgens ook worden besloten of het nodig is om de betreffende leerling aan te melden bij het ZAT of om schoolmaatschappelijk werk te betrekken. Ook kan worden besloten om het pestprobleem binnen de hele klas in kaart te brengen door middel van een sociaalnetwerkanalyse. Als een school – na overleg met de JGZ – niet adequaat reageert of onvoldoende mogelijkheden heeft het pesten aan te pakken, kan de JGZ ouders adviseren een (externe) vertrouwenspersoon of een vertrouwensinspecteur te raadplegen (te vinden via www.onderwijsinspectie.nl Deze linkt opent in een nieuw tabblad).
Indien het pesten plaatsvindt op een andere locatie dan de school, bijvoorbeeld op een sportclub of op de kinderopvang (bijvoorbeeld naschoolse opvang), dient contact op te worden genomen met de betreffende organisatie om het pestprobleem en mogelijke oplossingen te bespreken.
4. Verwijzen voor individuele hulp
Op indicatie verwijst de JGZ voor een specifieke behandeling. De interventietabel geeft weer naar welke programma’s kan worden verwezen. Daarnaast verwijst de JGZ op indicatie naar de huisarts voor verwijzing naar psychologische of pedagogische hulpverlening.
5. Follow-up
Bij elk kind dat gepest wordt of zelf pest, dient binnen drie maanden via een follow-up te worden nagegaan of de individuele aanpak werkzaam is. Afgestemd dient te worden hoe en door wie de follow-up plaatsvindt. Dit kan door de JGZ, school of ouders worden gedaan. Indien de JGZ de follow-up doet, wordt dit in het digitale systeem ingepland. Dit kan onder andere middels een extra contactmoment, huisbezoek of telefonisch consult. Ingeschat wordt of de individuele aanpak voldoet of dat meer zorg nodig is.
Interventietabel
Mogelijke interventieprogramma’s voor pesten die effectief zijn bevonden en waarnaar de JGZ in de verschillende leeftijdsfasen kan verwijzen.
Individuele interventies |
Peuter/kleuter |
Schoolkinderen |
Adolescent |
Gepeste kinderen en pesters | Kanjertraining Plezier op school Sta Sterk training |
Plezier op school Kanjertraining |
|
Pesters en agressieve kinderen | Alles Kidzzz Minder boos en opstandig |
Kanjertraining | |
Sociaal zwakke, angstige, depressieve kinderen | Triple P* | Kanjertraining | Kanjertraining |
Ouders van pesters/ agressieve kinderen | Triple P* | Minder boos en opstandig PMTO Triple P* |
PMTO Triple P* |
Collectieve interventies op school |
Peuter/kleuter |
Schoolkinderen |
Adolescent |
Schoolbreed, preventief en curatief | KiVa PRIMA |
|
|
Klasseninterventie, preventief en curatief |
Kanjertraining |