Richtlijn: Lengtegroei (2019)

3. Oorzaken van afwijkende lengtegroei - aanbevelingen

Er zijn diverse oorzaken voor een afwijkende lengtegroei. Deze kan onder andere worden veroorzaakt door omgevingsfactoren (zoals ongezonde voeding en stress) en/of ziekten (bijvoorbeeld chronische ziekten, sommige syndromen of een tekort/te veel aan groeihormoon). Diagnostiek en behandeling vindt niet plaats in de JGZ. Een besluit over de behandeling kan en hoeft niet door de JGZ genomen te worden.  Wel is het van belang voor JGZ professionals om alert te zijn op alarmsymptomen van een kleine of grote lengte (zie ook thema 4). Daarnaast is het belangrijk om kennis te hebben van de meest voorkomende oorzaken en additionele symptomen van afwijkende lengtegroei, omdat deze kinderen, naast hun behandeling bij de kinderarts ook terugkomen bij de JGZ. De meest voorkomende oorzaken worden nader toegelicht in bijlage 2.

Kleine lengte of trage groei

Een (te) kleine lichaamslengte is een relatief begrip. Dit wordt bepaald door de individuele lengte te refereren aan de lengte per leeftijd en geslacht in de populatie. Als sprake is van een kleine lichaamslengte kunnen de kinderen vanaf de geboorte klein zijn. Ook kan sprake zijn van een gemiddelde lengte bij de geboorte en vervolgens een afbuigende groeicurve. Daarnaast kan er sprake zijn van kleine lengte als het kind bijv. een gemiddelde lengte heeft, maar een grote afstand heeft tot de TH. Overigens kan enige mate van groeiafbuiging ‘naar de eigen groeilijn’ voor het derde levensjaar optreden zonder dat dit op pathologie wijst. Ook kan enige groeiafbuiging fysiologisch zijn vóór of in de puberteitsleeftijd, in geval van een late puberteit (Kamphuis et al., 2010). 

Grote lengte of snelle groei

Wanneer er gesproken wordt over een kind dat te groot is, is dit vooral een subjectieve ervaring (Eekhof, Knuistingh Neven, & Opstelten, 2009). Bij een grote lengte of snelle groei is er in de meeste gevallen sprake van familiair grote lengte. Lengte is genetisch bepaald en kinderen zijn dan groot, omdat de ouders ook groot zijn. In sommige gevallen kan een ziekte, hyperthyreoïdie en een groeihormoon-producerend adenoom, obesitas, een te vroege stijging van geslachtshormonen of bepaalde syndromen, de oorzaak zijn van een grote lengte en/of groeiversnelling. Wanneer er sprake is van te veel groeihormoon of geslachtshormoon wordt er vaak een duidelijke groeiversnelling vastgesteld op een bepaald moment (Radboud UMC.2016; Bakker-van Waarde, Verrijn Stuart, & Wit, 2010a).

Tabel 4 geeft een globaal overzicht van de oorzaken van een afwijkende lengtegroei. Uit deze lijst zullen onder het kopje “onderbouwing” idiopathisch kleine of grote lengte, primaire groeistoornissen en secundaire groeistoornissen nader toegelicht worden. Voor de omschrijving van een aantal van deze groeistoornissen wordt verwezen naar bijlage 2.

In deze richtlijn worden de oorzaken van afwijkende lengtegroei door chronische ziekten zoals astma, congenitale hartafwijkingen, malnutritie, medicatie of stoornissen in het botmetabolisme niet verder besproken. Ook ontbreekt bijvoorbeeld een deletie of mutatie van het SHOX gen dat in recent onderzoek een belangrijke factor bij het achterblijven in lengtegroei blijkt te zijn. De keuze van de beschrijving van de oorzaken van afwijkende lengtegroei is gebaseerd op de frequentie van voorkomen en de mogelijkheid voor de JGZ om gericht te signaleren en tijdig te verwijzen voor eventuele behandeling. Het is hierbij niet de intentie om volledig te zijn. Voor verdiepende informatie verwijzen we naar leerboeken (zoals  (Heymans, Derksen-Lubsen, Draaisma, van Goudoever, & Nieuwenhuis, 2015; Kliegman & Geme, 2015).

Tabel 4: Meest voor de JGZ-relevante oorzaken van afwijkende lengtegroei (Bakker-van Waarde, Verrijn Stuart, & Wit, 2010b; Bakker-van Waarde et al., 2010a; Wit, Ranke, & Kelnar, 2007)

Kleine lengte Grote lengte
Primair
  • Klinisch gedefinieerde syndromen, bijvoorbeeld Turnersyndroom, Downsyndroom, Leri-weillsyndroom en andere SHOX-gendefecten, syndroom van Noonan, syndroom van Prader-Willi(-Labhart), syndroom van Silver-Russell, Williamssyndroom en neurofibromatose
  • Andere primaire groeistoornissen, bijv. SGA zonder voldoende inhaalgroei, skeletdysplasie en afwijkingen in het botmetabolisme
  • Afwijkende geslachtschromosomen (bijvoorbeeld Klinefelter, Fragiele X- en Triple-X syndroom)
  • Metabole aandoeningen
  • Bindweefselaandoeningen (Marfan syndroom en homocysteïnurie)
  • Symmetrische overgroei (bijvoorbeeld Sotos syndroom en Weaversyndroom)
  • Partiele of asymmetrische overgroei (bijvoorbeeld Beckwith-Wiedemann syndroom)
Secundair
  • Ondervoeding
  • Stoornis in het orgaansysteem
  • Metabole stoornissen
  • Groeihormoondeficiëntie
  • Onvoldoende effect groeihormoon
  • Andere endocriene oorzaken
  • Psychosociale oorzaken
  • Iatrogeen
  • Voorlopende lengtegroei (met normale eindlengte), bijvoorbeeld (pseudo)pubertas praecox, hyperthyreoïdie, obesitas
  • Hyperinsulinemie
  • Glucocorticoïddeficiëntie
  • Overproductie groeihormoon
  • Grote eindlengte (met normale lengtegroei op kinderleeftijd), bijvoorbeeld hypogonadisme, oestrogeenongevoeligheid
Idiopatisch
  • Familiair
  • Niet familiair
  • Familiair (genetisch/constitutioneel)
  • Niet familiair

Aanbevelingen

  • De JGZ-professional signaleert een afwijkende lengtegroei (zie voor verwijzing thema 4) waardoor mogelijke syndromen tijdig kunnen worden ontdekt. Het is niet de taak van de JGZ-professional om syndromen die een afwijkende lengtegroei veroorzaken te  diagnosticeren.
  • Het verdient aanbeveling dat JGZ-professionals op de hoogte zijn van de meest voorkomende oorzaken en additionele symptomen van een afwijkende lengtegroei en dat zij bekend zijn met mogelijke behandelingen van afwijkende lengtegroei door de kinderarts. 

 Bekijk de onderbouwing van dit thema, of lees verder in Thema 4 over verwijzen.


Pagina als PDF