De volgende knelpunten en uitgangsvragen worden in deze richtlijn behandeld:
Er is onvoldoende bekend over de functies en oorzaken van huilen bij baby’s.
Welke theorieën zijn bekend over de functies en oorzaken van huilen en wat is hiervoor het bewijs?
Het niet onderkennen of inadequaat aanpakken van excessief huilen kan leiden tot psychosociale problemen, zoals kindermishandeling (shaken baby syndroom), soms zelfs met de dood tot gevolg of, op een ander vlak, tot arbeidsverzuim.
Welke psychosociale problemen kunnen zich voordoen, wanneer ouders een baby hebben die excessief huilt?
Er is onvoldoende bekend over de prevalentie van excessief huilen bij baby’s van ouders van verschillende etniciteit, en de invloed daarvan op hun verwachtingen, percepties en gekozen oplossingen.
Wat is het verband tussen etniciteit van de ouders en de prevalentie van het huilen en welke invloed heeft dat op beleving, verwachting, hulpvraag, aanpak en behandelingskeuze?
Er bestaan veel therapieën voor excessief huilen, gericht op bepaalde symptomen en vermeende oorzakelijke factoren, maar de werking hiervan is veelal niet wetenschappelijk aangetoond.
Wat zijn de positieve en negatieve effecten van de verschillende therapieën bij excessief huilen? Denk aan: symptomen, oorzaken, etc.
Zorgverleners en ouders zijn onvoldoende geïnformeerd over de contra-indicaties van inbakeren, het tijdstip en de methode van afbouwen, en/of passen de methodiek incorrect toe.
Wat zijn de indicaties en de contra-indicaties voor het starten en stoppen van inbakeren en hoe informeer je ouders en zorgverleners hierover het meest effectief?
Onvoldoende kennis van ouders en zorgverleners en inadequate begeleiding bij (borst)voeding kunnen ertoe leiden dat excessief huilen onterecht als een voedingsprobleem wordt geïnterpreteerd en dat als gevolg daarvan wordt besloten tot onnodige voedingswisselingen.
Lokt excessief huilen onnodige voedingswisselingen uit? Denk aan: voedingswisselingen van borst- naar kunstmatige zuigelingenvoeding of van de ene kunstmatige zuigelingenvoeding naar de andere?
Er bestaan geen duidelijke afspraken over vorm en duur van follow-up van baby’s die excessief huilen en hun ouders/verzorgers.
Welke afspraken moeten minimaal gemaakt worden over de vorm en duur van follow-up van baby’s die excessief huilen en hun ouders/verzorgers?
Er is onvoldoende bekend over werkzame methodieken ter preventie en aanpak van excessief huilen van zuigelingen van ouders uit subgroepen in de maatschappij. Denk aan: ouders met psychische problemen, psychische stoornissen, allochtone ouders, asielzoekers, tienermoeders, ouders met een lage ses, multi-probleem gezinnen, etc.
Welke effectieve methoden voor preventie, signalering, diagnostiek en behandeling van een baby die excessief huilt, zijn er als er sprake is van (een) uitzonderlijk kwetsbare ouder (of ouders), bij voorbeeld in geval van psychische problemen/aandoeningen, asielzoekers, tienermoeders of multi-probleem gezinnen?
Uit onderzoek is gebleken dat baby’s die na de leeftijd van 3 maanden nog excessief huilen een risicogroep vormen voor problemen op lange termijn en dat er onvoldoende begeleiding is voor deze groep.
- In welk opzicht onderscheiden baby’s die na 3 maanden overmatig blijven huilen zich van excessief huilende baby’s die dat dan niet meer doen?
- Wat zijn de meest effectieve manieren van begeleiding bij baby’s die na de leeftijd van 3 maanden nog excessief huilen? Denk aan: baby’s die wel/niet zijn begeleid of behandeld.
Er is prenataal en in de kraamperiode geen structurele, anticiperende voorlichting over het basale gedragsrepertoire van de pasgeborene, het belang van contact en interactie tussen ouders en kind, evenmin over co- en zelfregulatie van de baby of de ontwikkeling van slaap-, waak- en voedingsritmen in de tijd.
Welke anticiperende voorlichting tijdens zwangerschap en kraambed is van invloed op de preventie en behandeling van excessief huilen?
Gebrekkige ketenzorg kan bij excessief huilende zuigelingen leiden tot onnodige/onjuiste verwijzingen naar de kinderarts/huilpoli of tot onnodige opnamen in het ziekenhuis, waarbij veel (over)diagnostiek en behandeling plaatsvindt (voor reflux, koemelkallergie, infecties) en mogelijk bijzondere diagnosen worden gemist (malrotatie, etc.).
- Wat is de optimale samenwerking tussen de ketenpartners die betrokken zijn bij de zorg van excessief huilende zuigelingen?
- Wat is de differentiaal diagnose van excessief huilen en wat is het algoritme voor minimale medische en psychosociale diagnostiek?