Diagnose
De DSM-5 classificatie van de depressieve stoornis, aangevuld met kenmerken die vaak ook worden gezien, staan beschreven in het Kompas kinder- en jeugdpsychiatrie [63]:
Vijf (of meer) van de volgende symptomen zijn tegelijkertijd ten minste twee weken aanwezig geweest, terwijl dat daarvoor niet zo was. Daarbij moet in elk geval horen ofwel een sombere stemming ofwel verlies van interesse of plezier.
- Sombere stemming gedurende het grootste deel van de dag, bijna elke dag, zoals blijkt uit ofwel subjectieve mededelingen (bijvoorbeeld voelt zich verdrietig of leeg) ofwel observatie door anderen (bijvoorbeeld: heeft tranen in de ogen; dit kan ook een prikkelbare stemming zijn).
- Duidelijke vermindering van interesse of plezier in alle of bijna alle activiteiten gedurende het grootste deel van de dag, bijna elke dag (zoals blijkt uit subjectieve mededelingen of uit observatie door anderen).
- Duidelijke gewichtsvermindering zonder dat dieet gehouden wordt of gewichtstoename (bijvoorbeeld meer dan vijf procent van het lichaamsgewicht in één maand) of bijna elke dag afgenomen of toegenomen eetlust, of, bij kinderen, het niet bereiken van de te verwachten gewichtstoename.
- In- of doorslaapproblemen, of slaperigheid overdag, bijna elke dag.
- Opgewonden bewegen of juist een remming van het bewegen (waarneembaar voor anderen en niet alleen maar een subjectief gevoel van rusteloosheid of vertraagdheid), bijna elke dag.
- Moeheid of verlies van energie, bijna elke dag.
- Gevoelens (die waanachtig kunnen zijn) van waardeloosheid met of buitensporige of niet reële schuldgevoelens (niet alleen maar zelfverwijten of schuldgevoel over het ziek zijn), bijna elke dag.
- Verminderd vermogen tot nadenken of concentratie, of besluiteloosheid (ofwel subjectief vermeld ofwel geobserveerd door anderen), bijna elke dag.
- Terugkerende gedachten aan de dood (niet alleen de vrees dood te gaan), terugkerende suïcidegedachten zonder dat er specifieke plannen gemaakt zijn, of een suïcidepoging of een specifiek plan om suïcide te plegen.
Persisterende depressieve stoornis (dysthymie)
Sombere of prikkelbare stemming gedurende het grootste deel van de dag, bijna elke dag, zoals blijkt uit ofwel subjectieve mededelingen ofwel observatie door anderen, gedurende ten minste een jaar. Tijdens de sombere stemming twee (of meer) van de volgende symptomen.
- Slechte eetlust of te veel eten.
- In- of doorslaapproblemen, of versterkte slaperigheid overdag.
- Moeheid of verlies van energie.
- Laag zelfgevoel.
- Slechte concentratie of moeite met beslissingen nemen.
- Gevoelens van hopeloosheid.
Verschil tussen depressie en depressieve klachten
In de richtlijn wordt gesproken over depressie en depressieve klachten. Bij depressieve klachten is er sprake van een aantal klachten die bij een depressie horen, zoals een sombere stemming, nergens zin in hebben, slecht slapen, slecht eten, slechte concentratie, suïcidale gedachten etc., zonder dat er voldaan wordt aan de criteria voor het stellen van een depressie, namelijk minstens 2 weken een sombere stemming en daarnaast minstens 5 andere symptomen.
Kenmerken die vaak ook worden gezien
Naast problemen met eten of slapen, kunnen ook andere lichamelijke klachten optreden, zoals hoofdpijn en buikpijn. Het verschil tussen normaal verdriet en een depressie kan zichtbaar worden in de contacten met anderen. Verdriet roept bij de omgeving medeleven op, en over het algemeen ervaren verdrietige kinderen en jongeren dit als prettig. Bij depressieve jongeren is daarentegen vaak sprake van een geprikkelde reactie op blijken van medeleven. Zij kunnen een boze, kritische uitstraling vertonen. Wanneer het lukt tot hen door te dringen, blijkt die houding nogal eens op zelfkritiek te berusten, alsof de jeugdige daarmee wil zeggen: ‘Laat mij met rust, ik ben toch de moeite niet waard!’. Zelfkritiek en gevoelens van hopeloosheid kunnen bij jongeren tegendraads of antisociaal gedrag met zich brengen. Dat dit negatieve reacties uitlokt, lijkt dan geen indruk meer te maken.