2.4 Epidemiologie

JGZ-richtlijn Mondzorg

Mondzorg

Het aantal kinderen met een gaaf gebit neemt af naarmate kinderen ouder worden (zie tabel 1.). Kinderen met lage SES hebben minder vaak een Gaaf Gebit dan kinderen met hoge SES. Ook de erosieve gebitsslijtage neem toe met de leeftijd. 

Tabel 1: Epidemiologie van cariës en erosieve gebitslijtage bij jeugdigen [19].

 

5 jarigen

11 jarigen

17 jarigen

23 jarigen

Gaaf gebit*

76% (lage SES: 71%,

 hoge SES: 81%)**

61% (lage SES: 57%,

 hoge SES: 66%)**

34% (lage SES: 35%,

 hoge SES: 33%)**

21% (lage SES: 15%,

 hoge SES: 23%)**

Erosieve gebitsslijtage

tot in het tandbeen

Onbekend

Onbekend

20%

Ruim 50%

* “Gaaf” gedefinieerd als geen aanwezigheid van dentinecariës, gebaseerd op visuele inspectie, zonder röntgenfoto’s.

** SES = sociaaleconomische status.

Heb je suggesties voor verbetering van deze JGZ-richtlijn?

Geef jouw feedback

Heb je vragen?

Neem voor vragen of meer informatie contact met ons op

Contact opnemen