In een beslissingsanalyse wordt het te analyseren probleem in deelproblemen opgedeeld en vervolgens met behulp van beschikbare kennis geanalyseerd. In een beslissingsanalyse zijn vier fasen te onderscheiden.
Fase 1. specificatie van het beslisprobleem
In deze fase wordt bepaald wat het klinische probleem is, om welke patiënten het gaat, tussen welke alternatieve behandelopties moet worden gekozen en wat de voor- en nadelen van elke behandeling zijn.
Fase 2. het structureren van het probleem
De in fase 1 beschreven probleemstelling wordt in een beslisboom gepresenteerd: een logisch en chronologisch correcte grafische representatie van alle relevante gebeurtenissen die, gegeven het probleem, kunnen optreden.
Fase 3. Kwantitatieve gegevens
In fase 3 worden getalsmatige gegevens (kansen en uitkomstwaarderingen) geïnventariseerd die noodzakelijk zijn om de in fase 2 geconstrueerde beslisboom te kwantificeren.
Fase 4. uitkomsten van de beslissingsanalyse
In deze fase wordt voor de verschillende behandelopties van de beslisboom de verwachte waarde uitgerekend.
Voor de uitwerking: zie Wetenschappelijke onderbouwing.