3.3.4 Stap 4: Zo nodig: overleg met andere professionals

JGZ-richtlijn Kindermishandeling

Kindermishandeling

De verschillen in uitwerking van stap 4 in de KNMG- en V&VN meldcodes worden hieronder in de tabel weergegeven. Geadviseerd wordt de KNMG Meldcode Deze linkt opent in een nieuw tabblad te volgen. 

  KNMG-meldcode V&VN-meldcode

Stap 4 Benaming

Zo nodig overleg met betrokken professionals.

Weging van de informatie die is verzameld en bij twijfel (opnieuw) Veilig Thuis raadplegen.

Stap 4 Uitwerking

U kunt met inachtneming van de regels rond het beroepsgeheim ook overleggen met andere hulpverleners betrokken bij het gezin om uw vermoedens nader te onderzoeken.

 

Weeg op basis van de signalen, van het ingewonnen advies en van het gesprek met ouders (en jeugdige) het risico op kindermishandeling. Weeg eveneens de aard en de ernst van de kindermishandeling.

Pas de vragen 1 en 2 van het afwegingskader toe:

1. Heb je op basis van de verzamelde informatie een vermoeden van (dreiging van) kindermishandeling? 

Nee: Afsluiten en vastleggen in het dossier.

Ja: Ga verder met afweging 2.

2. Schat ik in of er sprake is van een vermoeden van acute of structurele onveiligheid.

Nee: Ga verder met afweging 3. 

Ja: Melden bij Veilig Thuis (professionele meldnorm). De afwegingen 3 tot en met 5 worden samen met Veilig Thuis doorlopen. Zie onder.

Raadpleeg in alle gevallen waarin je twijfelt over je vervolgstap (opnieuw) Veilig Thuis.

Aanbeveling:

  • Overleg als JGZ-professional met toestemming van de ouder(s) en eventueel de jeugdige, indien nodig met andere hulpverleners (buiten de JGZ) betrokken bij het gezin om je vermoeden of verdenking nader te onderzoeken.
  • Vraag bij twijfel altijd (opnieuw) advies bij Veilig Thuis.
  • Noteer je bevindingen en (voorgenomen) acties concreet en feitelijk in het dossier.

Heb je suggesties voor verbetering van deze JGZ-richtlijn?

Geef jouw feedback

Heb je vragen?

Neem voor vragen of meer informatie contact met ons op

Contact opnemen