Richtlijn: Opsporen oogafwijkingen (2019)

Bijlage 3 - Verklarende woordenlijst

  • Accommoderen: scherpstellen op een voorwerp dichtbij door automatische verandering van de bolling van de ooglens
  • Astigmatisme: brilsterkte afwijking waarbij een cilinderglas nodig is voor correctie. Dit glas breekt niet in alle richtingen gelijk.
  • Binoculaire volgbeweging: volgbeweging met beide ogen
  • Conjunctiva: oppervlakkige bindvlies
  • Convergeren: beide ogen gelijktijdig naar de neus draaien als een voorwerp dichtbij komt
  • Cornea: hoornvlies. Belangrijk voor de beeldvorming in het oog.
  • Cornea lichtreflex: reflex van fixatielampje op het hoornvlies.
  • Cycloplegie: door middel van oogdruppels wordt het accommoderend vermogen van de lens uitgeschakeld waardoor de refractie gemeten kan worden zonder invloed van accommodatie op de uitkomst. Deze druppels geven ook pupilverwijding.
  • Dysmatuur: kind met geboortegewicht dat te laag is voor de zwangerschapsduur. De Engelse term hiervoor is SGA (Small for Gestational Age).
  • Fovea: centrum van de gele vlek in het netvlies en deel waarmee maximale visus bereikt kan worden. Bij rechte oogstand valt het beeld van het object waar je naar kijkt (bv een fixatie lampje) in beide ogen op de fovea.
  • Glasvocht: glasachtig lichaam: heldere gelei die de achterste holte van het oog vult
  • Hypermetropie: brilsterkte afwijking waarbij een positieve (+) lens nodig is voor correctie (verziendheid)
  • Lens: bevindt zich achter de iris en is nodig voor focussering van beelden op het netvlies.
  • Neurogeen: afwijking veroorzaakt door een afwijking van één of meerdere zenuwen
  • Monoculaire volgbeweging: volgbeweging met 1 oog
  • Myogeen: afwijking veroorzaakt door een afwijking van de spieren
  • Myopie: brilsterkte afwijking waarbij een negatieve (-) lens nodig is voor correctie (bijziendheid)
  • OD: oculus dexter = rechter oog
  • Optische as: de virtuele lijn die loopt door het centrum van de cornea, de pupil en de lens en eindigt bij de fovea (gele vlek).
  • OS: oculus sinister = linker oog
  • Prematuur: geboren voor de 37e week van de zwangerschap
  • Pupil: zwarte, ronde opening in centrum van iris
  • Retina: netvlies. Bevat staafjes en kegeltjes. De kegeltjes zijn belangrijk om scherp te kunnen zien en kleuren te kunnen waarnemen. De staafjes worden gebruikt om contouren te zien en in schemerdonker waar te kunnen nemen.
  • Sclera: harde, witte omhulsel van het oog / oogwit
  • Uvea: vaatvlies bestaande uit iris, corpus ciliare (straalvormig lichaam) en choroidea. De choroidea bevindt zich tussen retina en sclera.
  • Voorste oogkamer: ruimte tussen cornea en iris-lens

Pagina als PDF