Richtlijn: Houding en bewegen (2020)
Totstandkoming Richtlijn
Afbakening
De JGZ Richtlijn Houding en Bewegen is ontwikkeld op basis van de knelpuntenanalyse, zoals deze is uitgevoerd door het de Argumentenfabriek [1]. Bij de knelpuntenanalyse waren diverse JGZ-professionals betrokken. De aldaar geformuleerde uitgangsvragen zijn beantwoord (zie tabel 3).
Tabel 3: De uitgangsvragen die in deze richtlijn zijn beantwoord.
Uitgangsvragen | Beantwoording |
Volgen en signaleren 1. JGZ-professionals willen weten welke houdings- en bewegingsafwijkingen zij bij jeugdigen moeten signaleren en hoe. Uitgangsvragen:
|
Thema 1 en Bijlage 2 |
2. JGZ-professionals willen weten wat de korte- en langetermijngevolgen zijn van een verkeerde houding en verkeerd bewegen bij jeugdigen van verschillende leeftijden. Uitgangsvragen:
|
Inleiding |
3. JGZ-professionals ervaren handelingsverlegenheid bij het adviseren van ouders en jeugdigen over het veranderen van houding en bewegen. Uitgangsvragen:
|
Thema 3 |
4. JGZ-professionals willen weten wat de gevolgen zijn van toenemend mediagebruik zoals tv, tablets en spelcomputers Uitgangsvragen:
|
Thema 2 |
Handelen 5. JGZ-professionals willen weten welke bewezen effectieve adviezen zij moeten geven rond houding en bewegen per leeftijdsgroep. Uitgangsvragen:
|
Thema 2
Thema 4 |
Samenwerken 6. JGZ-professionals ervaren dat ouders, voorschoolse voorzieningen en scholen hen niet weten te vinden voor advies en informatie over de gezonde ontwikkeling van houding en bewegen van jeugdigen. Uitgangsvragen:
|
Thema 5 |
Werkwijze
Voor de start van het project is een werkgroep samengesteld, deze werkgroep is bij alle fasen van de ontwikkeling van de richtlijn intensief betrokken geweest. Bij de formatie van de werkgroep is gelet op een goede balans tussen wetenschappers, inhoudelijke experts en uitvoerende JGZ-professionals. Zie voor de leden van de werkgroep tabel 4. Met de werkgroepleden zijn afspraken gemaakt over taken en rollen in het project.
Tijdens de eerste werkgroepvergadering (november 2018) zijn de uitgangsvragen besproken en zo nodig nader gespecificeerd. Hierna is een systematisch literatuuronderzoek verricht op de uitgangsvragen. TNO heeft de literatuur bestudeerd en samengevat in een eerste conceptversie. Deze conceptversie 1 is besproken tijdens de werkgroepvergadering in januari 2019. In maart 2019 heeft een schriftelijke feedbackronde plaatsgevonden met de werkgroep. Deze resultaten zijn verwerkt voor een versie van de richtlijn voor de praktijktest en de landelijke commentaarronde. De feedback die werd verzameld tijdens de praktijktest en landelijke commentaarronde werd voorgelegd aan de werkgroep tijdens de bijeenkomst in maart 2020.
Tevens is een klankbordgroep samengesteld. Zie voor de deelnemers aan de klankbordgroep tabel 5. De klankbordgroep was verantwoordelijk voor het becommentariëren en aanvullen van conceptteksten vanuit ieders eigen ervaring en expertise. De klankbordgroep is bijeengekomen in november 2018. In maart 2019 heeft een schriftelijke feedbackronde plaatsgevonden met de klankbordgroep. Deze resultaten zijn verwerkt voor een versie van de richtlijn voor de praktijktest en de landelijke commentaarronde. Nadat de opmerkingen van de werkgroep begin maart 2020 zijn verwerkt is deze versie van de richtlijn aan de klankbordgroep voorgelegd.
In september 2019 is gestart met de praktijktest. De conceptrichtlijn is in deze periode ook verspreid voor de landelijke commentaarronde. In december 2019 werden conceptindicatoren ontwikkeld en voorgelegd aan de indicatorenwerkgroep. In januari 2020 werd een conceptrapport voor de indicatoren opgesteld. Na het verwerken van de resultaten van de praktijktest en de landelijke commentaarronde is de richtlijn in mei 2020 opnieuw voorgelegd aan de RAC van het NCJ en ZonMw. In maart 2020 werd het BDS-protocol aangepast en voorgelegd aan de BDS redactieraad van het NCJ. De conceptversie werd opgesteld en voorgelegd aan de RAC van het NCJ en ZonMw ter autorisatie in juni 2020.
Naam | Functie | Organisatie |
Mw. E. van Hoorn | Arts Maatschappij & Gezondheid, profiel jeugdarts | AJN |
Mw. G. Sinnema | Jeugdarts KNMG | AJN |
Mw. M. Basten | Verpleegkundig specialist | V&VN, vakgroep jeugdverpleegkundigen |
Mw. L. Graat | Jeugdverpleegkundige | V&VN, mw. Graat leest mee |
Mw. M.E.J. Wegdam | Kinderarts | NVK |
Mw. M. van Hartingsveldt | (Kinder)ergotherapeut | Ergotherapie Nederland |
Mw. M. L. van den Berg | Sportarts | Vereniging voor Sportgeneeskunde |
Mw. I. van Bommel | (Kinder)fysiotherapeut | Ned. Ver. voor Kinderfysiotherapie |
Mw. A. Overvelde | (Kinder)fysiotherapeut | Ned. Ver. voor Kinderfysiotherapie |
Mw. A. Zeegers | Orthopedisch chirurg | Ned. Orthopaedische Vereniging |
Mw. Y. van Hoorn | Zelfstandig gevestigd oefentherapeut | Vereniging van Oefentherapeuten Cesar en Mensendieck (VvOCM) |
Mw. S. de Vries | Lector Gezonde leefstijl in een stimulerende omgeving | Haagse Hogeschool |
Dhr. J. Hoeboer | Docent en onderzoeke | Haagse Hogeschool |
Dhr. P. Coenen | Post-doc onderzoeker bij EMGO/VUMC | VUMC |
Mw. M. Gianotten | Ouder | Ouders en onderwijs |
Mw. J. Verburg | Arts Maatschappij & Gezondheid, profiel jeugdarts | AJN |
Mw. R. Beck | Specialist bewegen bij kinderen | Kenniscentrum Sport & Bewegen |
Mw. F. van Brussel | Specialist bewegen bij kinderen | Kenniscentrum Sport & Bewegen |
Mw. A. Cornelissen | Jeugdverpleegkundige | V&VN, vakgroep jeugdverpleegkundigen |
Naam | Functie | Organisatie |
Mw. H. Heineman | Huisarts | NHG |
Mw. M. van Zoonen | Ouder | |
Dhr. P. Legters | Programmamanager Gezonde Schoolomgeving | JOGG |
Mw. J. van Wieringen | Expert op het gebied van bewegen en diversiteit | Pharos |
Mw. M. Cotterink | Onderzoeker | Veiligheid NL |
Dhr. M. Jansen | Ontwikkelaar kindermeubilair | Presikhaaf schoolmeubelen |
Mw. N. Könemann-van der Krogt | Vakleerkracht gymnastiek en fysiotherapeut | |
Mw. V. Kruitwagen | Projectleider Aanpak Gezonde School / Adviseur Gezonde Kinderopvang | RIVM |
Mw. H. de Kraker | Ergonoom | TNO |
Dhr. L. van Delden | Onderzoekt zit-sta meubels op Leidse school | Leyden Academy |
Dhr. R. Alberts | Voorzitter RSI-vereniging en fysiotherapeut | RSI-vereniging |
Dhr. P. van Loon8 | Orthopeed | Houdingsnetwerk Nederland |
Mw. D. Collard | Beweegexpert, onderzoeker | Mulier instituut |
8 De orthopedisch chirurg Piet van Loon heeft vanuit Houding Netwerk Nederland geconstateerd, dat de aanvankelijk door hem geleverde orthopedische en biomechanische input in de klankbordgroep niet of onvoldoende in de richtlijn tot uitdrukking is gekomen. De urgentie van het kunnen leveren van preventieve geneeskunde door de jeugdartsen aan de jeugd met hun intensieve sedentaire leefstijl is hiermee vanuit de visie van Houding Netwerk Nederland onvoldoende geborgd.
Cliëntenparticipatie
De cliëntenparticipatie bij de ontwikkeling van de JGZ Richtlijn is vormgegeven door deelname van een ouder namens oudervereniging Ouders & Onderwijs aan alle werkgroep vergaderingen. Daarnaast was er een ouder vertegenwoordigd in de klankbordgroep.
Deze richtlijn maakte deel uit van het project “Kinderen, jongeren en ouders op betekenisvolle wijze betrekken bij JGZ Richtlijnen: de co-creatie van een inspirerende Roadmap”, in opdracht van ZonMw. Uitvoerders van het project zijn het Athena Instituut van de Vrij Universiteit Amsterdam, in
samenwerking met Stichting Kind & Ziekenhuis, Stichting Ouders & Onderwijs, NCJ en TNO.
Het project had een tweeledig doel: ten eerste het ontwerpen van een zogenaamde ‘roadmap’ die betrokkenen bij (JGZ-)richtlijnontwikkeling ondersteund in het vormgeven en uitvoeren van kind- en ouderparticipatie. In het kader van onder andere de richtlijn “Houding en bewegen” zijn verschillende participatie activiteiten uitgevoerd:
- Meerdere basisscholen zijn benaderd voor deelname aan creatieve focusgroepen.
- In zes focusgroepen op verschillende basisscholen in Nederland is aandacht besteed aan de perceptie die kinderen hebben van de jeugdarts, en de communicatie met de jeugdarts.
- Daarnaast is tijdens vier van deze focusgroepen aandacht geweest voor hoe kinderen kijken naar de gevolgen van een goede of slechte houding. De manieren waarop zij dagelijks bewegen dan wel stilzitten en de invloed van hun omgeving hierop zijn besproken. Tot slot is inzicht verkregen in hun perceptie van adviezen over houding en bewegen.
- Daarnaast is er in drie focusgroepen met studenten van 16-18 jaar op het MBO gesproken over hun kijk op adviezen over gezond leven in het algemeen. In het bijzonder is gesproken over de (on)mogelijkheden van het opvolgen van adviezen over houding en bewegen op school en thuis.
De uitkomsten van het onderzoek zijn in de richtlijn verwerkt.
Daarnaast zijn er online focusgroepen gehouden met ouders en jongeren over deze richtlijn. Er is aan hen gevraagd of zij zich zorgen maken over de onderwerpen houding, bewegen en beeldschermgebruik en bij wie zij dan eventuele hulp zoeken. Daarnaast is naar hun mening gevraagd over het concept van de tips. Onderstaand worden de resultaten weergegeven.
Daarnaast zijn er online focusgroepen gehouden met ouders en jongeren over deze richtlijn. Er is aan hen gevraagd of zij zich zorgen maken over de onderwerpen houding, bewegen en beeldschermgebruik en bij wie zij dan eventuele hulp zoeken. Daarnaast is naar hun mening gevraagd over het concept van de tips. Onderstaand worden de resultaten weergegeven.
Online focusgroep met ouders
Via sociale media zijn tien ouders geworven voor de online focusgroep, waarvan er uiteindelijk acht hebben deelgenomen. Van de acht deelnemers hadden twee ouders een MBO opleiding en zes ouders een HBO/universitaire opleiding afgerond. Van de deelnemende ouders hadden zes ouders twee kinderen en twee ouders één kind. De leeftijd van hun kinderen varieerden van één tot 15 jaar. Onderstaand worden de belangrijkste resultaten beschreven.
Zorgen over houding, bewegen en beeldschermgebruik
Aan de ouders is voorgelegd of zij zich zorgen maken over de houding, bewegen en beeldschermgebruik van hun kind(eren). Van de ouders gaven vijf ouders aan zich weleens zorgen te maken over de houding van hun kind(eren), vijf ouders maakten zich weleens zorgen over de beweging en vijf ouders maakten zich weleens zorgen over het beeldschermgebruik. Ook gaven zij aan hier zelf een voorbeeldrol te hebben, voornamelijk bij beeldschermgebruik.
Alle ouders gaven aan hun zorgen met hun sociale omgeving te bespreken. Daarnaast gaven zes ouders aan op internet te zoeken bij zorgen. De JGZ werd niet in eerste instantie niet als optie benoemd om hun zorgen mee te bespreken. Aan een aantal ouders is gevraagd of zij wel weten hoe zij contact kunnen opnemen met de jeugdarts en jeugdverpleegkundige. De meeste ouders gaven aan dat zij dat wel weten: ‘’Ja, ik weet de wegen, maar ik probeer het vaak eerst zelf op te lossen. Soms is sneller hulp vragen wel fijn. Om samen met je kind het zetje te geven tot opletten. Maar ik ben niet iemand die snel hulp vraagt eerlijk gezegd’’. Één ouder gaf juist aan niet te weten hoe je in contact komt met de jeugdarts of jeugdverpleegkundige: ‘’Niet zo snel. Ik weet niet precies hoe ik met de jeugdverpleegkundige op school in contact kan komen. Staat wat te ver van me af’’.
Tips over houding, bewegen en beeldschermgebruik
Aan de ouders is voorgelegd wat zij van de conceptversie van de tips vonden. Ouders gaven hier voornamelijk aan dat zij de vertaling van de adviezen naar de praktijk soms lastig vinden: ‘’Tips van deskundigen komen altijd van pas. Een online overzicht helpt daarbij. De Factsheet is heel uitgebreid. Er is veel informatie die nuttig kan zijn. De kunst is vooral hoe maak je het bespreekbaar en hoe pas je dingen toe’’. Ook hun rol als voorbeeldfunctie werd benoemd.
Online focusgroep met jongeren
Via sociale media zijn tien jongeren geworven voor de online focusgroep, waarvan er uiteindelijk zes hebben deelgenomen. Vijf van deze jongeren deden HAVO/VWO en één jongere deed VMBO theoretische leerweg. Gemiddeld waren de jongeren 16 jaar. Onderstaand worden de belangrijkste resultaten beschreven.
Zorgen over houding, bewegen en beeldschermgebruik
De meeste jongeren gaven aan zich weleens zorgen te maken over hun houding, de hoeveelheid beweging en het beeldschermgebruik. Bij het onderwerp houding gaven vijf jongeren aan zich weleens zorgen te maken, voor het onderwerp beeldschermgebruik waren dit vier jongeren en voor bewegen waren dit twee jongeren. Een jongere gaf bijvoorbeeld aan over de vraag of hij/zij zich weleens zorgen maakt over de houding: ‘’Ja vooral met het zitten op school’’. Een andere jongere gaf aan zich geen zorgen te maken, maar dat de sociale omgeving wel een rol speelt: ‘’Niet echt en als dit wel is het meer een soort sociale druk qua uiterlijk dat ik me er zorgen om maak’’, waarop een andere jongere reageert: ‘’Ik herken dat van die sociale druk heel erg, maar bij mij motiveert het me ook wel om meer te sporten. Is dat bij jou ook zo?’’.
Als jongeren zich zorgen maken zoeken zij op internet of vragen het aan hun omgeving. Op de vraag of zij hun zorgen delen met de jeugdarts of jeugdverpleegkundige gaven zij aan dit meestal niet te doen.
Tips over houding, bewegen en beeldschermgebruik
Het concept van de tips is ook voorgelegd aan de jongeren. Een jongere gaf hierover aan:
‘’De tips zijn standaard maar spreken voor zich. Ik vind ze helemaal goed’’. Verbeterpunten
die de jongeren voornamelijk hadden waren om de lay-out van de tips te verbeteren en ook
gaven zij aan het lastig te vinden om te informatie te vertalen naar de praktijk.