Richtlijn: Voeding en eetgedrag (2013, aanpassing 2017)

Totstandkoming van de richtlijn

Werkwijze

Een projectgroep van TNO en het Voedingscentrum schreef de richtlijn, ondersteund door deskundigen op het terrein van de jeugdgezondheidszorg, (ortho)pedagogiek, diëtetiek en (pre)logopedie. Om de aansluiting met ketenpartners en verenigingen van ervaringsdeskundigen te waarborgen, werd ook een klankbordgroep gevormd die meelas bij de ontwikkeling van de richtlijn.
Voorafgaand aan de ontwikkeling van de richtlijn werd geïnventariseerd op welke punten professionals in het veld knelpunten ervaren. Hiervoor werden telefonische interviews afgenomen met in totaal 14 jeugdartsen en -verpleegkundigen (3 artsen 0-19 jaar; 1 arts 0-4 jaar; 1 arts 4-19 jaar; 4 verpleegkundigen 0-4 jaar; 5 verpleegkundigen 4-19 jaar). Ter voorbereiding werd de mediatheek van Captise geraadpleegd om protocollen met betrekking tot het onderwerp voeding te verzamelen. Dit met de bedoeling om inzicht in de huidige werkwijze te verkrijgen. Belangrijkste bevinding uit de interviews was dat de scheidslijn tussen ‘normaal’ (ontwikkelingsfasegebonden) eetgedrag en een eetprobleem of eetstoornis verduidelijkt moet worden. Een tweede, zowel door de JGZ als andere deskundigen aangehaald knelpunt was het beste tijdstip van introductie van vaste voeding bij zuigelingen.
Aan de hand van de gevonden protocollen en de uitkomsten van de interviews met professionals, gecombineerd met literatuuronderzoek en de mening van de werkgroep, werd bepaald welke vragen als uitgangspunt voor de richtlijn genomen zouden worden. Tevens werd besloten welke onderwerpen nader dienden te worden bestudeerd met systematisch literatuuronderzoek.

Bij het schrijven van de JGZ-richtlijn zijn verschillende vragen als uitgangspunt genomen, deze zijn te vinden bij de betreffende thema's. Om aan te sluiten bij de werkwijze van de JGZ is een indeling naar leeftijd van het kind of de jongere gehanteerd (0-1 jaar; 1-4 jaar; 5-19 jaar).

Ontwikkelen van de richtlijntekst

De richtlijntekst is zoveel mogelijk gebaseerd op bewijs uit de literatuur, maar dat bleek niet altijd mogelijk, bijvoorbeeld omdat er geen literatuur voorhanden was of doordat de kwaliteit van de gevonden literatuur onvoldoende was. Ook de duur van het richtlijnontwikkelingstraject en de beschikbare menskracht leverden beperkingen op. Daar waar het niet mogelijk was uit te gaan van eigen, door de projectgroep uitgevoerd, systematisch literatuuronderzoek werd gebruikgemaakt van richtlijnen, protocollen en verslagen van nationale en internationale gezondheidsorganisaties (bijvoorbeeld Gezondheidsraad, Wereldgezondheidsorganisatie), beroepsorganisaties en wetenschappelijke verenigingen (bijvoorbeeld European Society for Paediatric Gastroenterology, Hepatology and Nutrition ESPGHAN). Pas als ook dat niet mogelijk was werd gezocht naar consensus binnen de projectgroep van de richtlijn. In de richtlijn aangehaalde uitgangspunten voor gezonde voeding en gezond eetgedrag zijn afkomstig van de Richtlijnen goede voeding 2006 van de Gezondheidsraad en de Richtlijnen voedselkeuze (2011) van het Voedingscentrum. 
De volgende onderwerpen zijn door de projectgroep met behulp van systematisch literatuuronderzoek (EBRO-methode) bestudeerd:

  • Wanneer en hoe moet met vaste voeding bij borstvoeding of kunstvoeding (‘bijvoeding’) gestart worden?
  • Wat zijn de gevolgen van ongezonde voeding en verstoord eetgedrag van kinderen en jongeren in termen van schoolprestaties?
  • Welke stappen dienen genomen te worden voor de signalering van eetproblemen en eetstoornissen in de JGZ?
  • Welke criteria voor de verwijzing naar de huisarts of kinderarts dienen gehanteerd te worden bij voedingsproblemen, eetproblemen en eetstoornissen?

Projectgroep

  • Dr. A. Broerse, psycholoog, bewegingswetenschapper, TNO afd. Child Health, Leiden
  • Dr. J. Breuning-Boers, arts, TNO afd. Child Health, Leiden
  • K.I. van Drongelen, projectmanager, Voedingscentrum, Den Haag
  • Ir. B.S. Glas, voedingskundige/kinderdiëtist, Brenda Glas, Consultancy in Kindervoeding
  • Drs. N. Heerdink-Obenhuijsen, jeugdarts n.p., TNO afd. Child Health, Leiden
  • Drs. E.M.M. Hofman-van den Hoogen, senior arts kinder- en jeugdpsychiatrie, ortho-pedagoog, Curium-LUMC, Gouda/Oegstgeest
  • Dr. C.I. Lanting, arts, epidemioloog, TNO afd. Child Health, Leiden (projectleider)
  • E. H. Leeuwenburg-Grijseels, (pre)logopedist, groepspraktijk voor logopedie, Oegstgeest, en Rijnland Ziekenhuis, Leiderdorp
  • M. Pancham, jeugdverpleegkundige, dienst OCW, Den Haag
  • Dr. ir. A.J.P.G. Smeets, kennisspecialist voeding en gezondheid, Voedingscentrum, Den Haag
  • H.L.L. Schuit-van Raamsdonk, diëtist, Voedingscentrum, Den Haag
  • Dr. J.P. van Wouwe, kinderarts, TNO afd. Child Health, Leiden

Projectgroep names NVK

  • Dr. R.H.T. v. Beek, kinderarts-neonatoloog, Amphia Ziekenhuis, Breda
  • Ir. B.S. Glas, voedingskundige/kinderdiëtist, Brenda Glas, Consultancy in Kindervoeding
  • Mw. dr. J.M. Hulst, kinderarts MDL, Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis, Rotterdam
  • Dr. K.F.M. Joosten, kinderarts-intensivist, Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis, Rotterdam (voorzitter)
  • Mw. dr. A. Kindermann, kinderarts MDL, Emma Kinderziekenhuis AMC, Amsterdam
  • Dr. J.P. van Wouwe, kinderarts, TNO afd. Child Health, Leiden

Klankbordgroep

  • F. Alakay, trainer, diëtiste, Utrecht
  • Drs. E.M.M. van Alphen, kinder- en jeugdpsychiater, programmaleider Zorgprogramma Eetstoornissen, Curium-LUMC, Gouda/Oegstgeest
  • Drs. G.J.W. Bakker-Camu, V&VN Fractie Jeugd, beleidsmedewerker Jeugd, Vitras/CMD
  • J. Bommelje, jeugdverpleegkundige 0-4 jaar
  • P.H.J. Bos, Buro PUUR
  • M. van Boxtaele, jeugdverpleegkundige 4-19 jaar
  • Drs. A.H.P.M. Brouwers, huisarts, Rijen
  • Drs. B. Carmiggelt, jeugdarts KNMG, adviseur Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ)
  • Drs. E.J.C. Coenen-van Vroonhoven, jeugdarts KNMG
  • Commissie Vakinhoud van de Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie
  • Commissie Voeding van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK)
  • Drs. J. Dalenoord, jeugdarts
  • Dr. J. Deurloo, jeugdarts en onderzoeker, TNO afd. Child Health, Leiden
  • L. van den Engel-Hoek, logopedist, Interdisciplinair Kinderneurologisch Centrum van het kinderziekenhuis van het UMC St Radboud, Nijmegen
  • Drs. H.B.M van Gameren-Oosterom, arts en onderzoeker, TNO afd. Child Health, Leiden
  • T. Goorsenberg, sociaal verpleegkundige JGZ, GGD Zeeland
  • N. Jager, diëtist, Altrecht Eetstoornissen Rintveld, Zeist
  • Ir. E.C. Janson-Hogenhuis, lactatiekundige IBCLC
  • Drs. R. Haasnoot, stafarts jeugdgezondheidszorg
  • C. van de Hulst, jeugdverpleegkundige 4-19 jaar
  • Dr. M. Kamphuis, onderzoeker, jeugdarts KNMG, TNO afd. Child Health, Leiden
  • A. Keur, jeugdverpleegkundige 0-4 jaar en lactatiekundige, GGD Amsterdam
  • Prof. dr. H.N. Lafeber, hoogleraar neonatologie, VUmc Amsterdam
  • M. van Leeuwen, waarnemend voorzitter, vrijwilligerscoördinator, vereniging Nee-Eten!
  • A. Leseman, jeugdverpleegkundige/lactatiekundige/medewerker opvoedspreekuur, Vitras/CMD, en kinderverpleegkundige neonatologie Wilhelmina Kinderziekenhuis (UMC Utrecht)
  • L. Libbers (BSc), Stichting Anorexia en Boulimia Nervosa SABN
  • E. te Morsche, verpleegkundige JGZ 0-4 jaar
  • Netwerk JGZ-kinderdiëtisten van de Nederlandse Vereniging van Diëtisten
  • I. Paauwe, jeugdverpleegkundige 4-19 jaar
  • Drs. S.D. Rijnbende-Geraerts, jeugdarts
  • Drs. A.M. de Ruijter, directeur Landelijk Kenniscentrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie, Amsterdam
  • Drs. G.A.F. Saes, huisarts, Breda
  • Dr. A.A. Schuller, tandarts, epidemioloog, TNO afd. Child Health, Leiden
  • Drs. L. Teuns, jeugdarts 0-4 jaar
  • M. Vanderveen-Kolkena, lactatiekundige IBCLC
  • A. Spiegels-van de Ven, kinderverpleegkundige, lactatiekundige IBClC

Pagina als PDF