4 Preventie

JGZ richtlijn Astma (2020)

Astma

Jeugdigen met één of beide ouders met astma of allergie hebben een verhoogde kans om astma te ontwikkelen. Maar de meeste jeugdigen met astma hebben niet-astmatische ouders. Mogelijkheden om te voorkomen dat zich bij de jeugdige astma ontwikkelt zijn beperkt ([3] en Thema 1 ). Het vermijden van blootstelling aan tabaksrook (pre- en postnataal, eerste-, tweede- en derdehands rook) is de belangrijkste preventieve maatregel.

Rookvrij opgroeien

Activiteiten gericht op het motiveren en ondersteunen van (aanstaande) ouders, jeugdigen en hun nabije omgeving om niet te (beginnen met) roken of om te stoppen met roken zijn zinvol en belangrijk:

  • Roken door de moeder tijdens de zwangerschap is schadelijk. Het is één van de oorzaken van perinatale sterfte en perinatale problemen: het verhoogt de kans op een miskraam, een aangetaste placenta en een te klein of te vroeg geboren kind. Ook het risico op congenitale aandoeningen neemt toe door roken tijdens de zwangerschap. Blootstelling aan tabaksrook tijdens de zwangerschap is ook gerelateerd aan het ontstaan van episodisch piepen in de eerste levensjaren.
  • Jeugdigen die meeroken hebben niet alleen een verhoogde kans op astma en luchtwegproblemen, maar ook een groter risico op wiegendood en oorontsteking. Meeroken lijkt verder samen te hangen met kanker op de kinderleeftijd en hersenvliesontsteking. Jeugdigen waarvan de ouders roken hebben een grotere kans om ook zelf te gaan roken (Ter Weijde 2015). Consequent buiten roken door ouders/verzorgers voorkomt niet dat jeugdigen blootgesteld worden aan (derdehands) tabaksrook.
  • Jongeren die roken beschadigen hun gezondheid op de korte termijn, raken verslaafd aan nicotine, hebben daarnaast een grotere kans op verslaving aan drugs en vertonen ook vaak ander risicovol gedrag (zoals het hebben van onveilige seks, meedoen aan vechtpartijen, alcoholmisbruik). Jongeren die op jonge leeftijd beginnen met roken, blijven meestal roken tijdens hun volwassen leven.

E-sigaret, sisha-pen, waterpijp 

Elektronische-sigaretten of e-sigaretten zijn apparaatjes op batterijen voor het toedienen van nicotine die zijn ontworpen om op vergelijkbare wijze als traditionele sigaretten te worden gebruikt. Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat, hoewel de e-sigaret minder ongezond is dan tabakssigaretten, de damp van e-sigaretten een aantal ingrediënten en chemische onzuiverheden bevat die schadelijk zijn voor de gezondheid (bron: RIVM Deze linkt opent in een nieuw tabblad, laatst gewijzigd 2018). Inhalatie kan leiden tot luchtwegproblemen, hartkloppingen en geeft mogelijk een verhoogde kans op kanker. Daarnaast zijn e-sigaretten verslavend (de meeste e-sigaretten bevatten nicotine) en ze zijn mogelijk een opstapje naar het roken van sigaretten (bron: RIVM, factsheet e-sigaretten Deze linkt opent in een nieuw tabblad). 

Een shisha-pen (ook wel elektronische waterpijp, e-waterpijp of waterpijp-pen genoemd) is een elektronische verdamper die vergelijkbaar is met een e-sigaret, maar die verkrijgbaar zijn met en zonder nicotine. Het nemen van één trekje van de shisha-pen is voldoende om de luchtwegen te irriteren (droge keel, hoesten). Blootstelling aan de damp van een shisha-pen is mogelijk kankerverwekkend (bron: RIVM, factsheet shisha-pen Deze linkt opent in een nieuw tabblad). 

Het roken van een waterpijp (shisha) kan, zelfs bij éénmalig gebruik, leiden tot koolmonoxide (CO)-vergiftiging (bron: RIVM, factsheet waterpijp Deze linkt opent in een nieuw tabblad). Stoffen die vrijkomen bij zowel het roken van tabak als van kruiden in een waterpijp (CO, polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s), zware metalen, aldehydes, nicotine bij tabak) verhogen bovendien de risico’s op aan roken gerelateerde ziekten zoals kanker, hart- en vaatziekten, en longaandoeningen.

Prenatale periode

De V-MIS is een (minimale) psychosociale stoppen-met-roken interventie gericht op zwangere vrouwen en hun partners die is gebaseerd op de techniek van motiverende gespreksvoering. Deze interventie kan worden ingebed in bredere leefstijlprogramma’s, zoals “Voorzorg”. De interventie “Voorzorg” is volgens goede aanwijzingen effectief in onder meer het verminderen van roken tijdens de zwangerschap en van roken in het bijzijn van het kind ([50]). Zie website Deze linkt opent in een nieuw tabblad voor meer info.

0-12 jaar

Het onderwerp roken wordt met ouders van jeugdigen in de leeftijd van nul tot 12 jaar bij voorkeur besproken volgens de methode “Rookvrij Opgroeien” (voorheen “Roken? Niet waar de kleine bij is!”). Deze methode is ook gebaseerd op de techniek van motiverende gespreksvoering.

Aanbevelingen

Heb je vragen?

Neem voor vragen of meer informatie contact met ons op

Contact opnemen

Heb je suggesties voor verbetering van deze JGZ-richtlijn?

Geef jouw feedback