2.7.2 Binnenmilieu

JGZ-richtlijn Astma

Astma

Jeugdigen brengen gemiddeld 85% van tijd binnenshuis door, waarvan de meeste tijd in de eigen woning [4]. De kwaliteit van de lucht in de woning is afhankelijk van een flink aantal factoren: het rookgedrag van de bewoners, de aanwezigheid van huisdieren, de hoeveelheid vocht in de woning, gebruikte bouwmaterialen, planten, emissies uit producten die in huis worden gebruikt, gebruik van ventilatievoorzieningen/ventilatiegedrag en verontreiniging door bijvoorbeeld open haarden, houtkachels, gasfornuizen, het branden van kaarsen, wierook en andere geurverspreiders en door bronnen van buiten zoals het verkeer.

Inhalatieallergenen

Inhalatieallergenen kunnen bij daarvoor gevoelige personen klachten veroorzaken. Allergenen in het binnenmilieu zijn afkomstig van onder andere huisstofmijt, kat, hond, schimmels, berk, kruiden (bijvoet, smalle weegbree) [13]

Huisstofmijten zijn kleine (0,3 mm), voor het menselijk oog onzichtbare spinachtige beestjes die leven in stof, vooral in (oudere) matrassen, (gestoffeerd) meubilair, vloerbedekking, vloerkleden en knuffels. De uitwerpselen en vervellingshuidjes van de huisstofmijt kunnen allergische reacties oproepen. 

Blootstelling aan epidermale producten (haren, huidschilfers etc.) van dieren kunnen bij daarvoor gevoelige personen (d.w.z. die gesensibiliseerd zijn) leiden tot episodisch piepen of overgevoeligheid. Opgroeien met (boerderij)dieren en/of boerderijstof werkt mogelijk juist beschermend tegen astma en allergie [6][10][18][27]. De precieze oorzaak is onduidelijk.

Pollen (stuifmeel) van bijvoorbeeld grassen, bomen (berk) en kruiden (bijvoet, smalle weegbree) zijn altijd in de lucht aanwezig, waaien van buiten naar binnen en kunnen bij daarvoor gevoelige personen klachten veroorzaken. Ook kan bijvoorbeeld een berkenboom in de directe omgeving van de woning of de school klachten veroorzaken of doen verergeren.

Vocht en schimmel

Het is aannemelijk dat vochtige woonomstandigheden, zichtbare schimmel en de geur van schimmel in de woning de kans op het ontwikkelen van astma en andere luchtwegklachten vergroot [5][13][40][36]. Schimmels groeien goed op vochtige plaatsen. Door te ademen, koken, douchen en bijvoorbeeld de was in huis te laten drogen wordt veel vocht in huis geproduceerd. Goede ventilatie helpt om vocht zo veel mogelijk af te voeren, waardoor schimmels minder kans krijgen om te groeien. Hardnekkige schimmelproblemen kunnen bestaan wanneer door een bouwkundig gebrek er vochtige oppervlakken zijn. Dit kan komen door bijvoorbeeld optrekkend vocht uit kruipruimtes of kelders, door lekkages of wanneer vochtige lucht condenseert op een koud, slecht geïsoleerd oppervlak zoals een muur of een vloer (koudebrug). Goed ventileren alleen is dan niet voldoende. De achterliggende oorzaak moet worden opgelost. 

Vluchtige organische stoffen

De concentratie van deze stoffen in de lucht lijkt samen te hangen met de kans op episodisch piepen en astma (WHO 2010, [8],[9]). VOS zijn organische stoffen die bij kamertemperatuur makkelijk verdampen. Voorbeelden van VOS zijn formaldehyde, tolueen en terpenen. VOS kunnen vrijkomen uit allerlei producten die in huis gebruikt worden zoals dakplaten, spaanplaat of MDF, triplex en multiplex, vloerbedekking, gordijnen en meubelbekleding. VOS worden ook vaak toegevoegd aan luchtverfrissers, schoonmaakmiddelen en meubelwassen en zijn een bestanddeel van huishoudproducten zoals verf, boenwas, nagellak, lijm en kunststof vloerbedekking.

Verontreiniging door bijvoorbeeld open haarden, houtkachels en gasfornuizen

Verontreiniging door bijvoorbeeld open haarden, houtkachels en gasfornuizen draagt mogelijk bij aan de ontwikkeling en verergering van luchtwegklachten [8][9]. Er is een voorzichtige aanwijzing dat het branden van kaarsen, waxinelichtjes/theelichtjes of wierook in huis de gevoeligheid voor neusverkoudheid verhoogt [1].

Verontreiniging van het binnenmilieu door bronnen van buiten

Het is aannemelijk dat blootstelling aan roetdeeltjes en fijn stof (afkomstig van verkeer en industrie en van natuurlijke bronnen zoals opstuivend zand en (bodem)stof, zeezout, plantmateriaal) en aan door verkeer uitgestoten luchtverontreiniging (NO2, NOx, CO, SO2) bijdraagt aan een toename en verergering van luchtwegklachten, waaronder episodisch piepen en astma (WHO 2013), [73][19][22][44]. Uit onderzoek komt naar voren dat jeugdigen die in een omgeving wonen met veel verkeer, of daar naar school of een kinderopvang gaan, een verhoogde kans hebben om luchtwegklachten te ontwikkelen [15].

Heb je vragen?

Neem voor vragen of meer informatie contact met ons op

Contact opnemen

Heb je suggesties voor verbetering van deze JGZ-richtlijn?

Geef jouw feedback