8.3 Algemene discussie

JGZ-richtlijn Huidafwijkingen

Huidafwijkingen

Algemene discussie en aanbevelingen

Hoewel de richtlijn tot stand is gekomen na overleg met verschillende experts van binnen én buiten de JGZ, is het een richtlijn voor de JGZ voor de leeftijdsgroep 0-19 jaar. Verschillende onderdelen kunnen echter ook uitgevoerd worden door andere disciplines, zoals huisarts, kinderarts, dermatoloog et cetera. Met name de preventie en signalering met bijbehorende verwijzing zijn taken van de JGZ, de overige taken (behandeling en begeleiding) worden op vraag en op indicatie gedaan. Voor deze taken zou theoretisch verwezen kunnen worden. Dit is echter, naar de mening van de ontwikkelaars van de richtlijn, medicaliserend, kostbaar en niet klantvriendelijk, omdat het vooral gaat om onschuldige zaken die terloops aan bod komen.

Bij het opstellen van deze richtlijn is gewerkt volgens de EBRO-methode (EBRO = evidence- based richtlijnontwikkeling), waarbij begonnen is met een knelpuntanalyse bij de professionals werkend in de praktijk. Van daar uit zijn uitgangsvragen voor literatuur- onderzoek geformuleerd over de meest voorkomende huidafwijkingen (zie bijlage 1). Daar waar weinig wetenschappelijke evidentie beschikbaar was, is onder andere door middel van bestaande richtlijnen en handboeken, gekomen tot expert-opinie. Hier is een groot aantal professionals bij betrokken geweest. De beperkte aanwezigheid van wetenschappelijke evidentie op het gebied van de huid werd ook gevonden bij een systematisch literatuuronderzoek naar de behandeling van diverse kleine kwalen [48]. Het zou nuttig zijn nader onderzoek te doen naar de preventie en het beleid ten aanzien van een aantal huidafwijkingen.

Bij de ontwikkeling van deze richtlijn is gewerkt volgens diverse sporen. Het wetenschappelijke deel heeft geresulteerd in de sectie Begeleiden en behandelen (preventie), waarin voor de belangrijkste huidafwijkingen volgens de EBRO-methode tot aanbevelingen gekomen is. Daarnaast is een digitale tool (de website) ontwikkeld om de gebruiker op een laagdrempelige wijze tot een juiste diagnose met het daarbij behorende beleid te laten komen. Juist ook die huidafwijkingen die verwijzing behoeven, komen daarmee in beeld. Voor de beschrijving van deze huidafwijkingen is, waar van toepassing, gebruik gemaakt van de wetenschappelijke onderbouwing. Voor een groot aantal andere huidafwijkingen is de informatie echter gebaseerd op handboeken, informatie van websites en expert-opinie. Er was geen ruimte voor een EBRO-aanpak voor dit grote aantal onderwerpen. Hierbij is zo goed mogelijk tot consensus gekomen. Het blijkt echter dat er een verscheidenheid aan opinies en inzichten is. 

Feitelijk zou elk onderwerp zich lenen om een aparte richtlijn voor te ontwikkelen. De consensus besluiten vragen om een goede lokale afstemming met de ketenpartners van de JGZ. 

Aanbevelingen

Uitvoering

In het kader van de opsporing van huidafwijkingen en specifiek de opsporing van kindermishandeling en automutilatie zou het wenselijk zijn kinderen frequenter bloot te zien dan nu het geval is. Omdat deze mening niet aansluit bij de huidige uitvoeringspraktijk zal hierover discussie gevoerd moeten worden.

Hoewel het de wens was vanuit de Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (V&VN) vooral uniformiteit te krijgen bij de advisering van vrij verkrijgbare middelen, heeft de richtlijn hier slechts beperkt uitspraken over kunnen doen. Daar waar evidentie aanwezig was of consensus bestond, is concreet aangegeven welk specifiek medicijn of middel gebruikt wordt. Basisprincipes van de behandeling van de huid zijn zoveel mogelijk aangegeven. Echter, de huid is een zeer individueel reagerend orgaan. Bovendien ontbreekt veelal evidentie. Daarom is het slechts ten dele mogelijk geweest een uitspraak te doen over welk medicijn geadviseerd moet worden.

Samenwerken

Met deze richtlijn willen we de discussie aangaan in hoeverre de JGZ ook medicatie mag voorschrijven, zoals bijvoorbeeld bij spruw. In de JGZ werken diverse BIG-geregistreerde professionals, die daartoe vanuit hun opleiding bevoegd zijn ( jeugdartsen en verpleegkundig specialisten). Deze discussie dient dus gevoerd te worden.

Rechtstreekse verwijzing door de JGZ naar de kinderarts/dermatoloog zou de kwaliteit van zorg en een snellere opsporing ten goede komen. Daarnaast is het klantvriendelijker en kostenbesparend. Ook dit is onderwerp voor discussie.

Er bestaan regionaal al mogelijkheden om een foto van een huidafwijking ter beoordeling te mailen naar een dermatoloog. Hierbij dient rekening gehouden te worden met de privacy van de cliënt en de kwaliteit van de foto’s. Vanuit de richtlijn wordt hier geen verder advies over uitgebracht. Dit zou nader onderzocht moeten worden.

Website 

Binnen dit richtlijnproject is een website ontwikkeld, ter ondersteuning van de professional. Deze website is naar aanleiding van de proefimplementatie nog aangepast. Voor specifieke discussie rondom de proefimplementatie verwijzen we naar de rapportage aldaar.

Het vraagt echter een verdere investering om deze website voor het gebruik te optimaliseren. Mogelijkheden hierbij zouden onder andere zijn: het rechtstreeks koppelen van de website met het digitaal dossier JGZ of links maken met richtlijnen waarnaar verwezen wordt.

Heb je vragen?

Neem voor vragen of meer informatie contact met ons op

Contact opnemen

Heb je suggesties voor verbetering van deze JGZ-richtlijn?

Geef jouw feedback