Voor de keuze van instrumenten voor signaleren en screenen ten behoeve van detectie van ASS bij kinderen en jongeren wordt in de richtlijn onderscheid gemaakt tussen instrumenten voor drie verschillende leeftijdsgroepen (0-4, 5-12, 13-18 jaar) en drie verschillende fases:
Signaleren | Instrument dat bij vrijwel ieder kind wordt afgenomen en breed de ontwikkeling in kaart brengt en aanwijzingen geeft voor mogelijke ontwikkelingsachterstanden en/of stoornissen (at risk voor ASS). |
Generieke instrumenten | Instrumenten gericht op detectie van mogelijke psychiatrische aandoening of ontwikkelingsstoornis, waaronder ASS. |
ASS specifieke instrumenten | Instrumenten die specifiek zijn ontwikkeld voor detectie van ASS bij kinderen die at risk zijn voor ASS. |
Voor alle instrumenten geldt dat de uitslagen gewogen moeten worden door een professional die daartoe getraind is en competent is in het beoordelen van kinderen met ASS. Hiertoe is training en scholing nodig, afhankelijk ook van de aard van het instrument. De instrumenten zullen de kennis en vaardigheden van de professional kunnen verbeteren en verdiepen, waardoor de professional beter in staat is om bij twijfel en op grond van de uitslag op een screeningsinstrument het kind gericht door te verwijzen voor verdere diagnostiek. Een uitgebreid diagnostisch onderzoek is nodig om tot de classificatie te komen; daarin speelt ook de klinische blik een belangrijke rol.
In bijlage 5 Deze linkt opent in een nieuw tabblad staan de instrumenten voor signalering en screening die door de werkgroep geselecteerd zijn met behulp van literatuuronderzoek om de diagnostische accuratesse te kunnen bepalen. Voor de zoekstrategie en de resultaten daarvan, zie bijlage 6 Deze linkt opent in een nieuw tabblad, bijlage 7 Deze linkt opent in een nieuw tabblad & bijlage 9 Deze linkt opent in een nieuw tabblad.