De derde en laatste uitgangsvraag luidt: “Wat zijn (bewezen effectieve) interventies die de JGZ-professionals kunnen toepassen bij psychosociale problemen?”. Het gaat dan om interventies voor psychosociale problemen, die aan twee criteria moeten voldoen:
- Het zijn in Nederland beschikbare interventies, die kunnen worden ingezet om psychosociale problemen – meer in het bijzonder emotionele, gedrags- of sociale problemen – te verminderen of om de risico’s op deze psychosociale problemen te verminderen.
- Het zijn interventies, die kunnen worden toegepast door de professionals van JGZ-organisaties voor ouders en jeugdigen uitgaande van de kerntaken van de JGZ: signaleert en geeft voorlichting, advies, instructie en begeleiding (VWS, 2014). Hiermee kan de eigen kracht van kinderen, jongeren en ouders worden versterkt en (indien mogelijk) kunnen ervaren problemen worden genormaliseerd. Preventie en lichte ondersteuning kunnen zwaardere hulp mogelijk voorkomen. Het aanbod van de interventies is afhankelijk van de lokale situatie. Conform de Jeugdwet en de Wet Publieke Gezondheid moet de gemeente dit zorgaanbod afstemmen op de zorgbehoeften van jeugdigen en ouders en op de gezondheidssituatie van de jeugd in de eigen gemeentelijke regio.