Vanaf een jaar of 10 begint de puberteit, wat gepaard gaat met lichamelijke veranderingen alsmede sterke stemmingswisselingen [102] [111]. Vanaf de puberteit neemt seksueel gedrag onder jongeren in verschillende vormen toe. De volgorde van seksueel gedrag verloopt voor ongeveer driekwart van de jongeren hetzelfde en stapsgewijs. Dit wordt ook wel de ‘seksuele carrière’ van jongeren genoemd. Jongeren starten met tongzoenen en strelen. Waarna het (laten) strelen van de borsten, boven en onder de kleding, en het (laten) aanraken van de geslachtsdelen volgt. Dan zetten deze jongeren de stap van naakt vrijen naar geslachtsgemeenschap [25]. In deze paragraaf worden de verschillende seksuele gedragingen van jongeren beschreven. De acties voor de JGZ worden in een aparte tabel (zie Tabel 7) beschreven, daar waar voor de verschillende seksuele gedragingen dezelfde criteria gebruikt worden voor signalering, begeleiding en doorverwijzing. Op deze manier wordt herhaling van adviezen voorkomen.
Opvallende verschillen in seksueel gedrag Laagopgeleide jongeren van 14 tot 17 jaar hebben over het algemeen meer ervaring met seksueel gedrag met een partner dan hoogopgeleide leeftijdsgenoten. Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse jongens van 12 tot 17 jaar hebben meer seksuele ervaring met een partner dan Nederlandse en Turkse leeftijdsgenoten. Turkse en Marokkaanse meisjes juist minder dan Nederlandse, Surinaamse en Antilliaanse leeftijdsgenoten. Bij jongens worden nauwelijks verschillen gevonden als gekeken wordt naar religie. Terwijl bij meisjes religie wel degelijk van invloed is. Zo blijken christelijke meisjes die veel belang aan het geloof hechten en islamitische meisjes (beide groepen 12 tot 17 jaar) minder ervaring op seksueel vlak (zowel solo als met partner) te hebben dan niet-gelovige meisjes en christelijke meisjes voor wie het geloof minder belangrijk is [24]). |
Masturbatie
De helft van de jongeren heeft ervaring met masturbatie op 15-jarige leeftijd (zie Tabel 4). Ervaring met masturbatie onder jongeren neemt toe met de leeftijd ([24]. Meer jongens dan meisjes geven aan te masturberen [20][24]. Meisjes (12 tot 24 jaar) geven vaker aan zich te schamen voor seksuele gevoelens en zich vaker schuldig te voelen als ze (zouden) masturberen [20][24]. Masturbatie hoort bij een gezonde seksuele ontwikkeling en is onschadelijk. Jongeren ontdekken door het aanraken van hun eigen lichaam en geslachtsdelen hun seksuele gevoelens en leren zo wat zij prettig en niet prettig vinden.
Actie: De JGZ-professional geeft betrouwbare informatie over masturbatie. Masturbatie is veelvoorkomend seksueel gedrag en hoort bij de gezonde seksuele ontwikkeling. De JGZ-professional vindt in subsectie Handvatten voorlichting en begeleiding 12 tot 19 jaar handvatten om seksueel gedrag bespreekbaar te maken met jongeren.
De JGZ-professional verwijst door voor verder onderzoek naar een andere vorm van hulpverlening (zoals een psycholoog of seksuoloog) op het moment dat een jongere dagelijks meerdere malen per dag gedurende een periode langer dan zes achtereen gesloten maanden masturbeert én dit gedrag de ontwikkeling van de jongere dusdanig verstoort dat deze niet meer aan het dagelijks leven deel kan nemen [62]. De JGZ-professional verwijst door volgens ACTIE 2 (zie Tabel 7).
Actie bij zelfbeschadiging: De JGZ-professional dient het gedrag af te leren als de jongere gebruikmaakt van voorwerpen met risico op zelfbeschadiging, zoals mogelijke schade aan de vagina of anus (zie Handvatten voorlichting en begeleiding 12 tot 19 jaar).
Tongzoenen
Het aantal jongeren wat aangeeft ervaring te hebben met tongzoenen neemt met de leeftijd toe, zoals zichtbaar is in tabel 4. Op 12- en 13-jarige leeftijd geven meer jongens dan meisjes aan ervaring te hebben met tongzoenen. Voor oudere jongens en meisjes worden geen grote verschillen gevonden. Laagopgeleide jongens én meisjes in de leeftijd van 12 tot 15 jaar hebben wel meer ervaring met tongzoenen dan hun hoogopgeleide leeftijdsgenoten [20][24]. Tongzoenen is veelvoorkomend seksueel gedrag en hoort bij de gezonde seksuele ontwikkeling van jongeren.
Actie: De JGZ-professional geeft betrouwbare informatie over tongzoenen, bijvoorbeeld door verwijzing naar www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad of brochures (zie Interventies en voorlichtingsmateriaal). En wijst jongeren op informatie over relaties en seksualiteit zodat ze voorbereid zijn op seksuele contacten. Zie ook ACTIE 1 in Tabel 7.
De JGZ-professional vindt in de subsectie Handvatten Voorlichting en begeleiding 12 – 19 jaar handvatten om seksueel gedrag bespreekbaar te maken met jongeren. De JGZ-professional vraagt door op het moment dat er sprake/een vermoeden is van seksuele grensoverschrijding en probeert te achterhalen of er sprake is van dwang, onvrijwilligheid, overhalen, geen wederzijdse toestemming, machtsmisbruik of ongelijkwaardigheid of pijn of schade. Indien dit het geval is, verwijzen (zie voor verwijscriteria ACTIE 3 in Tabel 7))([28][40].
Voelen en strelen
De helft van de jongeren heeft ervaring met voelen en strelen op een leeftijd van 15,2 jaar. Ook ervaring met dit seksuele gedrag neemt toe met de leeftijd (Tabel 4). Voor jongens en meisjes worden hier slechts kleine verschillen gevonden[20][24]. Voelen en strelen zijn voor driekwart van de jongeren de stap na tongzoenen en horen bij een gezonde seksuele ontwikkeling van jongeren.
Actie: De JGZ-professional geeft betrouwbare informatie over een gezonde seksuele ontwikkeling, waarin contact prettig, gelijkwaardig en veilig is. Bijvoorbeeld door verwijzing naar www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad of brochures (zie Interventies en voorlichtingsmateriaal). Zie ook ACTIE 1 in Tabel 7.
De JGZ-professional vindt in de subsectie Handvatten Voorlichting en begeleiding 12 – 19 jaar handvatten om seksueel gedrag bespreekbaar te maken met jongeren. De JGZ-professional vraagt door op het moment dat er sprake/een vermoeden is van seksuele grensoverschrijding en probeert te achterhalen of er sprake is van dwang, on- vrijwilligheid, overhalen, geen wederzijdse toestemming, machtsmisbruik of ongelijkwaardigheid of pijn of schade. Indien dit het geval is, verwijzen (zie voor verwijscriteria ACTIE 3 in Tabel 7 [28][40].
Vingeren en aftrekken
De helft van de jongeren heeft zo rond de 16,5 jaar ervaring met vingeren/aftrekken (zie tabel 4). Voor jongens en meisjes worden hier bijna geen verschillen gevonden [20][24]. Vingeren en aftrekken horen bij een gezonde seksuele ontwikkeling en worden pas zorgwekkend als er seksuele grensoverschrijding of dwang en overhalen plaatsvindt en/of het contact niet als prettig of als pijnlijk wordt ervaren [28][40].
Actie: De JGZ-professional geeft betrouwbare informatie over een gezonde seksuele ontwikkeling, waarin contact prettig, gelijkwaardig en veilig is. Bijvoorbeeld door verwijzing naar www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad of brochures (zie Interventies en voorlichtingsmateriaal). Zie ook ACTIE 1 in Tabel 7. De JGZ-professional vindt in de subsectie Handvatten Voorlichting en begeleiding 12 – 19 jaar handvatten om seksueel gedrag bespreekbaar te maken met jongeren.
De JGZ-professional vraagt door op het moment dat er sprake/een vermoeden is van seksuele grensoverschrijding en probeert te achterhalen of er sprake is van dwang, onvrijwilligheid, overhalen, geen wederzijdse toestemming, machtsmisbruik of ongelijkwaardigheid of pijn of schade. Indien dit het geval is, verwijzen (zie voor verwijscriteria ACTIE 3 in Tabel 7) [28][40].
Tabel 4: Ervaring met seksueel gedrag naar leeftijd [24].
12 – 13 jaar (%) |
14 – 15 jaar (%) |
16 – 17 jaar (%) |
18 – 20 jaar (%) |
Mediaan- leeftijd (jaar) |
|
Masturbatie |
27 |
50 |
71 |
84 |
15,0 |
Tongzoenen |
32 |
57 |
84 |
91 |
14,4 |
Voelen en strelen |
20 |
45 |
79 |
90 |
15,2 |
Manueel passief (laten vingeren/aftrekken) |
7 |
23 |
61 |
80 |
16,3 |
Manueel actief |
6 |
22 |
60 |
81 |
16,5 |
Geslachtsgemeenschap |
3 |
16 |
51 |
77 |
17,1 |
Oraal passief |
5 |
16 |
49 |
74 |
17,1 |
Oraal actief |
3 |
13 |
44 |
71 |
17,4 |
Anaal |
2 |
3 |
8 |
20 |
– |
Geslachtsgemeenschap
De helft van de jongeren heeft ervaring met geslachtsgemeenschap op de leeftijd van 17,1 jaar. In tabel 4 zijn de percentages naar leeftijd uiteengezet. Meisjes hebben eerder ervaring met geslachtsgemeenschap dan jongens [20][24]. Onder jongeren die zich (ook) aangetrokken voelen tot seksegenoten, valt de eerste keer geslachtsgemeenschap ongeveer gelijk met die van heterojongeren [22].
Een deel van de jongeren heeft op deze leeftijd nog geen ervaring met geslachtsgemeenschap opgedaan [53]. De meeste meisjes die geen ervaring hebben met geslachtsgemeenschap geven als reden dat ze zichzelf hier nog te jong voor vinden of eerst een tijdje verkering willen hebben. Voor jongens is de meest genoemde reden dat het gewoon nog niet gebeurd is. Geen seks voor het huwelijk vanuit religieuze overwegingen is vooral in de oudste groepen van invloed. Meisjes noemen daarnaast verliefdheid als belangrijkste reden voor de eerste keer geslachtsgemeenschap en jongens opwinding, gevolgd door verliefdheid en nieuwsgierigheid [24]. De meeste jongeren kijken positief terug op hun eerste geslachtsgemeenschap. Driekwart vond de timing goed. Een vijfde had nog even willen wachten. Een kwart van de meisjes vond de eerste keer ronduit vervelend. 18% van de meisjes had een beetje spijt na de eerste keer en 11% had veel spijt.
Actie: De JGZ-professional geeft betrouwbare informatie over een gezonde seksuele ontwikkeling, waarin contact prettig, gelijkwaardig en veilig is. Jongeren hebben baat bij betrouwbare informatie en het maken van eigen verantwoorde keuzes. De voorbereiding op de eerste keer geslachtsgemeenschap en seksueel contact behoeft extra aandacht bij kinderen vanaf 12 jaar. Bijvoorbeeld door verwijzing naar www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad of https://seksualiteit.nl/anticonceptietool/ Deze linkt opent in een nieuw tabblad en brochures (zie Interventies en voorlichtingsmateriaal). Zie ook ACTIE 1 in Tabel 7. De JGZ-professional vindt in de subsectie Handvatten Voorlichting en begeleiding 12 – 19 jaar handvatten om seksueel gedrag bespreekbaar te maken met jongeren.
Risico’s bij geslachtsgemeenschap
Geslachtsgemeenschap maakt deel uit van de gezonde seksuele ontwikkeling van jongeren. Er zijn echter wel risico’s verbonden aan geslachtsgemeenschap. Risico’s zoals seksuele grensoverschrijding, soa’s, ongewenste zwangerschap, pijn bij het vrijen, te snel klaarkomen en geen opwinding verdienen extra aandacht. Van de jongeren die op hun 13e jaar of jonger voor het eerst geslachtsgemeenschap hadden, gebruikte 37% van de jongens en 27% van de meisjes niets. Jonge starters (leeftijd van eerste keer geslachtsgemeenschap 12/13 jaar), laagopgeleide meisjes, Marokkaanse jongeren, Turkse meisjes, christelijke meisjes voor wie het geloof (zeer) belangrijk is en islamitische jongeren beschermen zich minder goed tegen een ongewenste zwangerschap en soa’s. Ze gebruiken relatief minder vaak een condoom of anticonceptiemethode bij de eerste keer. Zeventien procent van de meisjes en 5% van de jongens is wel eens gedwongen seksuele dingen te doen die ze niet wilden. Seksuele problemen komen vooral onder meisjes behoorlijk vaak voor. Bijna de helft van de meisjes met enige seksuele ervaring heeft weleens of vaker last van opwindingsproblemen of pijn tijdens seks. Ruim een derde heeft weleens last van niet klaarkomen en een kwart heeft dit regelmatig of vaker. Jongens hebben vooral last van te snel klaarkomen. Een derde van de jongens heeft hier weleens last van en één op de vijf regelmatig [24].
Actie: bij vermoeden van risico’s: De JGZ-professional verwijst door als er sprake/een vermoeden is van seksuele grensoverschrijding, volgens ACTIE 3 (Tabel 7) [28][40]. Als er sprake is van soa of ongewenste zwangerschap volgens ACTIE 4 (zie Tabel 7). Als er sprake is van seksuele problemen zoals opwindingsproblemen, pijn bij het vrijen of te snel klaarkomen, volgens ACTIE 5 (zie Tabel 7).
Orale en anale seks
De ervaring met orale seks loopt bijna gelijk met de ervaring met geslachtsgemeenschap. De leeftijd waarop de helft van de jongeren aangeeft ervaring te hebben met orale seks ligt tussen de 17,1 en 17,4 jaar (zie tabel 4). Beduidend minder jongeren geven aan ervaring te hebben met anale seks. De gemiddelde leeftijd voor anale seks ligt op 18,4 jaar. In landelijk onderzoek is geen evidentie gevonden dat anale seks vaker voorkomt onder jongeren die vanuit religieuze overwegingen het maagdenvlies willen sparen en daarom voor deze vorm van seks kiezen [20][24]. In Tabel 4 zijn de ervaringen met orale en anale seks naar leeftijd in kaart gebracht. Jongeren van 15 tot 19 jaar die zich (ook) aangetrokken voelen tot seksegenoten hebben vaker ervaring met orale of anale seks dan hun hetero leeftijdsgenoten [24]. Binnen de seksueel ervaren groep jongeren, heeft 12% van de meisjes en 4% van de jongens wel eens ongewild orale seks gehad en 5% van de meisjes en 3% van de jongens ongewild anale seks [24].
Actie: De JGZ-professional dient jongeren te voorzien van betrouwbare informatie, bijvoorbeeld middels betrouwbare websites (www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad) en foldermateriaal (zie ACTIE 1). Ook geeft de JGZ-professional informatie over verschillende vormen van seksueel contact, prettige en minder prettige seksuele contacten en mogelijke risico’s (zoals soa en seksuele dwang). Hiernaast geeft de JGZ-professional aan dat als seksueel contact prettig, gewenst en veilig is, dit bijdraagt aan positieve gevoelens. Ook vertelt de JGZ-professional dat de jongere seksueel contact kan weigeren. De voorbereiding op seksualiteit behoeft extra aandacht bij kinderen vanaf 12 jaar. De JGZ-professional vindt in subsectie Handvatten Voorlichting en begeleiding 12 – 19 jaar handvatten om seksueel gedrag bespreekbaar te maken met jongeren.
Actie bij risico’s: De JGZ-professional verwijst door als er sprake is van seksuele grensoverschrijding, volgens ACTIE 3 (zie Tabel 7) [28][40]. Als er sprake is van een soa of (on)geplande zwangerschap, volgens ACTIE 4 (zie Tabel 7). Als er sprake is van seksuele problemen zoals opwindingsproblemen, pijn bij het vrijen of te snel klaarkomen, volgens ACTIE 5 (zie Tabel 7).
Contact met erotisch materiaal
Erotisch materiaal wordt over het algemeen (veel) vaker door jongens dan door meisjes bekeken. De seksblaadjes, films of dvd’s verliezen het hierbij duidelijk van het internet. Zo geeft 61% van de jongens aan vaker een pornosite bekeken te hebben, tegenover 1 op de 3 jongens die vaker een seksblaadje of seksfilm op televisie bekeken hebben (zie Tabel 5).
Tabel 5: Contact met erotisch materiaal naar sekse onder jongeren van 12 tot 25 jaar ([24]).
Jongens |
Meisjes | |||||
Nooit (%) |
Eén keer (%) |
Vaker (%) |
Nooit (%) |
Eén keer (%) |
Vaker |
|
In een seksblaadje of pornoboekje gekeken |
54 |
18 |
28 |
85 |
10 |
5 |
Naar een videoclip met veel bloot of seks gekeken |
27 |
14 |
59 |
68 |
14 |
19 |
Naar een seksfilm op televisie gekeken |
59 |
14 |
27 |
80 |
11 |
9 |
Naar een porno-dvd gekeken |
75 |
9 |
16 |
92 |
4 |
4 |
Een pornosite bekeken |
27 |
12 |
61 |
79 |
9 |
11 |
Een sekslijn gebeld |
93 |
4 |
3 |
99 |
1 |
0 |
In eerder landelijk onderzoek bleek dat voor zowel jongens als meisjes kijkgedrag met de leeftijd toeneemt. Zo geeft driekwart van de 15-jarige jongens aan het afgelopen half jaar porno te hebben gezien en rond de 17 jaar is dit 86%. Voor meisjes neemt dit veel minder sterk toe met de leeftijd, van 24% bij 15-jarige meisjes tot 29% bij 18-jarige meisjes. Het plafond bij meisjes wordt pas bereikt op 21-jarige leeftijd en ouder, 40% van deze meisjes heeft dan in het afgelopen half jaar porno bekeken [22]. De interesse in erotisch materiaal neemt waarschijnlijk toe vanwege nieuwsgierigheid van jongeren en de opwindende gevoelens die hierbij komen kijken. Dit is veelvoorkomend gedrag en hoort bij een gezonde seksuele ontwikkeling.
De voorbereiding op seksualiteit en het verschil tussen seks en irreële seksuele beelden behoeven wel extra aandacht bij jongeren. In onderzoek naar de invloed van porno op seksuele grensoverschrijding wordt gevonden dat vooral mannen met aanleg tot seksueel agressief gedrag de meer gewelddadige vormen van porno opzoeken, vaker porno kijken en hier sterker door beïnvloed worden [54][69][108]. Als in gewelddadige porno de illusie wordt gewekt dat het slachtoffer de seks lekker vindt, kunnen ook jongeren zonder aanleg tot seksueel agressief gedrag het idee krijgen dat dit soort gedrag in orde is [77]. Naar porno kijken wordt daarnaast ook zorgwekkend als er sprake is van preoccupatie met porno.
In Nederland is tot op heden nog geen verband gevonden tussen het zien van seksueel getinte mediabeelden of beelden waarin vrouwen als lustobject worden gezien en onveilige of ongewenste seks. Wel toonde Nederlands onderzoek verbanden aan tussen het zien van seksueel getinte mediabeelden (porno en sterk seksueel getinte videoclips) en stereotiepe genderrolopvattingen. Jongeren met een sterke stereotiepe genderrolopvatting keken vaker seksueel getinte media. Deze opvattingen hangen samen met de mate waarin de jongeren mediabeelden realistisch vinden of relevant. Of het mediagebruik de oorzaak of het gevolg is van deze opvattingen, kan uit dit onderzoek echter niet geconcludeerd worden ([26][3]. Wel kunnen mediabeelden bestaande opvattingen en gedrag bestendigen.
Actie: Het is van belang om seksueel getinte beelden in de media te nuanceren en jongeren te ondersteunen middels mediaopvoeding. De JGZ-professional vertelt jongeren dat beelden van seks in de media vaak vertekend zijn, onrealistisch en soms vrouwonvriendelijk. De JGZ-professional geeft betrouwbare informatie over een gezonde seksuele ontwikkeling, waarin contact prettig, gelijkwaardig en veilig is. Bijvoorbeeld door verwijzing naar www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad of brochures (zie nterventies en voorlichtingsmateriaal), zie ook ACTIE 1 in Tabel 7.
De JGZ-professional vindt subsectie Handvatten Voorlichting en begeleiding 12 – 19 jaar handvatten om seksueel gedrag bespreekbaar te maken met jongeren (inclusief mediaopvoeding). De voorbereiding op seksualiteit behoeft daarnaast extra aandacht.
Actie bij risico’s: De JGZ-professional vraagt door op het moment dat er sprake/een vermoeden is van seksuele grensoverschrijding en probeert te achterhalen of er sprake is van dwang, onvrijwilligheid, overhalen, geen w[108]ederzijdse toestemming, machtsmisbruik of ongelijkwaardigheid of pijn of schade. Indien dit het geval is, verwijzen (zie voor verwijscriteria ACTIE 3 in Tabel 7) [28][40]. Als er sprake is van preoccupatie, verwijst de JGZ-professional door volgens ACTIE 2 (Tabel 7).
Seksuele communicatie via internet
Vrijwel alle 12- tot 14-jarigen zijn online en de meeste 13- tot 16-jarigen (87%) hebben een eigen profiel op een sociale netwerksite als Facebook [66]. Jongeren die op deze leeftijd contact leggen met onbekenden of een afspraak maken met iemand via het internet, vertonen niet direct zorgwekkend gedrag. De meeste contacten met onbekenden pakken niet negatief uit, maar online contacten of offline afspraken met onbekenden kunnen wel risico’s met zich meebrengen. Jongens hebben vaker online seksueel getinte contacten dan meisjes (zie Tabel 6). Een op de drie jongens en een op de vijf meisjes heeft het afgelopen half jaar weleens over seks gepraat op het internet. Ook heeft een op de zes jongens en een op de tien meisjes weleens afgesproken met iemand die ze via internet kenden [24]), waarbij seksueel contact niet het doel van de afspraak was. 72% van de jongens en 83% van de meisjes (12 tot 21 jaar) heeft weleens online een seksueel getinte vraag gekregen. De meeste jongens vinden dit soort vragen normaal, meisjes vinden deze vragen vaker niet leuk [20][30]. Vooral jonge meisjes in de leeftijd van 12 tot 14 jaar hebben moeite om adequaat te reageren. Ze geven vaker dan oudere meisjes antwoord op seksueel getinte vragen. De reden hiervoor is dat ze niet weten wat ze anders moeten doen, ze niet onaardig of preuts over willen komen of omdat de ander hen overhaalt [30].
Actie: De JGZ-professional dient jongeren te voorzien van betrouwbare informatie (bijv. door te wijzen op www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad of brochures) en ouders/docenten te ondersteunen in de seksuele opvoeding (inclusief mediaopvoeding). Vooral het leren aangeven van eigen wensen en grenzen, het respecteren van wensen en grenzen van de ander en het communiceren over seksualiteit zijn voor jongeren belangrijk. De JGZ-professional dient seksueel online gedrag te bespreken, te informeren naar ervaringen en de risico’s toe te lichten.
Actie bij risico’s: De JGZ-professional vraagt door op het moment dat er sprake/een vermoeden is van seksuele grensoverschrijding en probeert te achterhalen of er sprake is van dwang, onvrijwilligheid, overhalen, geen wederzijdse toestemming, machtsmisbruik of ongelijkwaardigheid of pijn of schade. Indien dit het geval is, verwijzen (zie voor verwijscriteria ACTIE 3 in Tabel 7) [28][40]. Als er sprake is van preoccupatie, verwijst de JGZ-professional door volgens ACTIE 2 (Tabel 7).
Onlineseks/cyberseks
Onder 12- tot 14-jarigen geeft 6% van de jongens en 2% van de meisjes aan het afgelopen jaar seks te hebben gehad op internet. Van jongeren van 15 tot en met 18 jaar heeft 7% van de jongens en 3% van de meisjes het laatste half jaar internetseks [20][24][30]. Jongeren die op deze leeftijd internetseks (of cyberseks) hebben met onbekenden of een afspraak maken om seks te hebben met iemand die ze via het internet hebben ontmoet, stellen zich bloot aan risico’s. Mogelijk overzien de jongeren zelf de risico’s niet. Soms komt het voor dat jongeren op het internet verleid worden, waarna bij offline contact tijdens een afspraak seksueel geweld of seksuele grensoverschrijding plaatsvindt. In een landelijk onderzoek gaf twee derde van de jongens en driekwart van de meisjes (12 tot 21 jaar) aan dat ze in het afgelopen jaar een verzoek hadden ontvangen om offline af te spreken. Van deze groep geeft 9% van de jongens en 6% van de meisjes aan dat ze een afspraak maakten die niet leuk was geweest. De redenen hiervoor waren dat het niet klikt of dat de ander heel anders was dan dat hij of zij zich had voorgedaan. Van deze meisjes (6%) gaf 9% aan dat ze tijdens de afspraak tot seks gedwongen werden [30].
Actie: De JGZ-professional vraagt door op het moment dat er sprake/een vermoeden is van seksuele grensoverschrijding en probeert te achterhalen of er sprake is van dwang, onvrijwilligheid, overhalen, geen wederzijdse toestemming, machtsmisbruik of ongelijkwaardigheid of pijn of schade. Indien dit het geval is, verwijzen (zie voor verwijscriteria ACTIE 3 in Tabel 7) [28] [40]. Als er sprake is van preoccupatie, verwijst de JGZ-professional door volgens ACTIE 2 (Tabel 7).
Sexting
Sexting is het versturen dan wel ontvangen, verspreiden of in bezit hebben van seksueel getinte foto’s of opnames. Slechts een kleine groep jongeren stript voor de webcam, verstuurt naaktfoto’s of seksfilmpjes. Zo blijkt dat 7% van de jongens en 2% van de meisjes seksueel getinte opnames maakt en deze aan anderen doorstuurt [24]. Het maken, in bezit hebben en verspreiden van beelden van seksuele gedragingen van jongeren van 12 tot 18 jaar is voor de Nederlandse wet strafbaar (zedenwetgeving, zie ook de subsectie Juridische kaders). Dit wordt namelijk gelijkgesteld aan het in bezit hebben van kinderporno. Onlangs is de wetgeving over kinderporno voor jongeren versoepeld (leidraad landelijk expertisecentrum kinderporno). Jongeren dienen hiervan op de hoogte te zijn.
Actie: De JGZ-professional dient het gedrag rondom sexting te bevragen, te informeren naar de betekenis en context, en de positieve kanten maar ook de risico’s toe te lichten. De JGZ-professional dient jongeren te voorzien van betrouwbare informatie en ouders/docenten te ondersteunen in de seksuele opvoeding (inclusief mediaopvoeding). Bijvoorbeeld door verwijzing naar www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad of brochures (zie Interventies en voorlichtingsmateriaal), volgens ACTIE 1 in tabel 10. De JGZ-professional vindt in de subsectie Handvatten Voorlichting en begeleiding 12 – 19 jaar handvatten om seksueel gedrag bespreekbaar te maken met jongeren (inclusief mediaopvoeding). De JGZ-professional dient jongeren te vertellen welk gedrag acceptabel, strafbaar of ontoelaatbaar is (zie de subsectie Juridische kaders).
Actie bij vermoeden van grensoverschrijding: De JGZ-professional vraagt door om feitelijk gedrag te achterhalen op het moment dat er sprake/een vermoeden is van seksuele grensoverschrijding (bij dwang, onvrijwilligheid, zonder wederzijdse toestemming, als er sprake is van machtsmisbruik of ongelijkwaardigheid of als de jongere zichzelf of de ander pijn doet), zie voor verwijscriteria ACTIE 3 in tabel 7) [28] [40].
Tabel 6: Seksuele contacten via sociale media [24].
Jongens |
Meisjes | |||||
Nooit (%) |
Eén keer (%) |
Vaker (%) |
Nooit (%) |
Eén keer (%) |
Vaker |
|
Over seks gepraat op internet |
66 |
11 |
23 |
80 |
10 |
10 |
Geflirt op internet |
58 |
12 |
29 |
69 |
13 |
18 |
Ergens afgesproken met iemand die je kent via het internet |
84 |
9 |
7 |
90 |
7 |
3 |
Borsten, geslachtsdelen of billen laten zien voor de webcam |
92 |
4 |
4 |
96 |
3 |
2 |
Een naaktfoto of seksfilmpje van jezelf aan iemand gestuurd |
94 |
3 |
3 |
96 |
2 |
1 |
Een naaktfoto of seksfilmpje van iemand anders verstuurd |
94 |
4 |
3 |
98 |
1 |
1 |
Seks gehad met iemand die je kent via internet |
91 |
5 |
4 |
96 |
2 |
1 |
Online seks (cyberseks) met iemand gehad |
92 |
4 |
5 |
97 |
2 |
2 |
Tabel 7: Acties voor de JGZ-professional
Actie |
Acties voor de JGZ-professional |
ACTIE 1 |
Voorlichting, advies en preventie De JGZ-professional dient jongeren (en ouders/scholen) te voorzien van betrouwbare informatie over relaties en seksualiteit en het maken van seksueel gezonde keuzes. Bijvoorbeeld door middel van de website www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad en foldermateriaal (zie Interventies en voorlichtingsmateriaa). De JGZ-professional informeert jongeren en ouders/scholen over het belang van veilige, prettige en gewenste seksualiteit. De voorbereiding op seksualiteit behoeft extra aandacht bij kinderen vanaf 12 jaar. Bijsturen De JGZ-professional dient te vragen naar seksualiteit en seksueel gedrag en te informeren naar betekenis en context. De JGZ-professional geeft dan betrouwbare informatie over een gezonde seksuele ontwikkeling, waarin contact prettig, gelijkwaardig en veilig is. En daarnaast informatie over seksuele risico’s (zoals een soa, zwangerschap, seksuele dwang en seks & internet). Ook vertelt de JGZ-professional dat je seksuele contacten kunt weigeren. De JGZ-professional (en ouders/scholen) kan seksueel gedrag bijsturen, door het te benoemen, grenzen aan te geven en uit te leggen [40]. De JGZ-professional vindt in de subsectie Handvatten Voorlichting en begeleiding 12 – 19 jaar handvattenhandvatten om seksualiteit en seksueel gedrag bespreekbaar te maken met jongeren. |
ACTIE 2
|
Verwijzing bij excessief seksueel gedrag De JGZ-professional geeft betrouwbare informatie over seksuele fantasieën, masturbatie, kijken naar porno en ander seksueel gedrag. Dit is veelvoorkomend seksueel gedrag en hoort bij een gezonde seksuele ontwikkeling. Veelvuldige masturbatie, veelvuldig kijken naar porno of veelvuldige seksuele fantasieën komen minder vaak voor, maar behoren ook tot een gezonde seksuele ontwikkeling. Dit gedrag kan echter omslaan in: preoccupatie, excessief seksueel gedrag of een verslaving. De JGZ-professional verwijst door voor verder onderzoek naar een andere vorm van hulpverlening (zoals een psycholoog of seksuoloog) op het moment dat het seksuele gedrag dagelijks meerdere malen per dag gedurende een periode langer dan zes achtereen gesloten maanden voorkomt én dit gedrag de ontwikkeling van de jongere dusdanig verstoort dat deze niet meer aan het dagelijks leven deel kan nemen [62]). In zo’n geval is verder onderzoek (diagnose) nodig. |
ACTIE 3
|
Seksueel grensoverschrijdend gedrag bijsturen De JGZ-professional geeft advies over bijsturing van gedrag van een jongere als er sprake is van de volgende seksuele grensoverschrijding:
De JGZ-professional vertelt jongeren, ouders en andere professionals dat het belangrijk is om dit seksueel grensoverschrijdende gedrag bij te sturen, door het gedrag te benoemen, te begrenzen en uit te leggen waarom het begrensd wordt [40]. Dit is nodig omdat jongeren experimenteren met seksualiteit en mogelijk zelf de risico’s onvoldoende overzien. Er moeten in dat geval maatregelen genomen worden om het gedrag bij te sturen, zodat dit niet meer kan voorkomen. De JGZ-professional vindt in de subsectie Handvatten Voorlichting en begeleiding 12 – 19 jaar handvattenhandvatten om seksualiteit en seksueel (gensoverschrijdend) gedrag bespreekbaar te maken met jongeren, ouders en overige professionals aan de hand van het vlaggensysteem [40]). Verwijzing bij seksuele grensoverschrijding De JGZ-professional verwijst een jongere door naar een andere vorm van hulpverlening als er sprake is van de volgende seksuele grensoverschrijding:
Het gedrag is dan mogelijk een signaal voor onderliggende problematiek. In zo’n geval dienen gedragspatronen geobserveerd te worden en moet de betekenis van het gedrag geduid worden [40]. Het is mogelijk dat aan het gedrag andere oorzaken ten grondslag liggen, bijvoorbeeld een gedragsstoornis, problematische gezinssituatie, (seksuele) kindermishandeling of verwaarlozing ([52]. De JGZ-professional verwijst de jongere door naar de ggz of orthopedagoog, psycholoog of gedragstherapeut, afhankelijk van de onderliggende problematiek. Zie voor verwijscriteria en signalen van (seksuele) kindermishandeling de JGZ-richtlijn Secundaire preventie kindermishandeling. Bij seksuele dwang, seksuele grensoverschrijding of seksueel misbruik dient informatie gegeven te worden over aangifte bij de zedenrecherche. In overleg met de jongere kan aangifte gedaan worden bij de zedenrecherche. Vraag ook in hoeverre ouders op de hoogte zijn (zie ook de subsectie Juridische kaders, wanneer bij kinderen van 12 tot 16 jaar toestemming van ouders vereist is). |
ACTIE 4 |
Verwijzing bij vermoedens van een soa of zwangerschap De JGZ-professional verwijst een jongere door naar een andere vorm van hulpverlening (een Sense-spreekuur, huisarts of seksuoloog) en overlegt met de jongere over een soa- of zwangerschapstest. De JGZ-professional adviseert eventueel over het gebruik van de morning-afterpil en andere vormen van anticonceptie (zie o.a. Interventies en voorlichtingsmateriaal en www.sense.info Deze linkt opent in een nieuw tabblad of https://seksualiteit.nl/anticonceptietool/ Deze linkt opent in een nieuw tabblad. De JGZ-professional gebruikt bij vermoedens van een soa of zwangerschap door verkrachting of seksueel misbruik de JGZ-richtlijn Secundaire preventie kindermishandeling. |
ACTIE 5 |
Verwijzing bij seksuele problemen De JGZ-professional verwijst een jongere bij vermoedens van seksuele problemen, zoals problemen met seksuele opwinding, pijn bij het vrijen, niet genieten van seks, door naar een andere vorm van hulpverlening (een Sense Deze linkt opent in een nieuw tabblad-spreekuur, huisarts of seksuoloog) en overlegt met de jongere. De JGZ-professional adviseert eventueel over seksuele problemen (zie o.a. Interventies en voorlichtingsmateriaal en www.seksualiteit.nl Deze linkt opent in een nieuw tabblad). |