In deze en subsectie Waarschijnlijk effectieve interventies en subsectie Goed onderbouwde interventies, hebben we de verschillende interventies, gerangschikt naar het niveau van effectiviteit. Hierbij moet opgemerkt worden dat in maart 2009 de criteria voor niveau 2 (waarschijnlijk effectief) en 3 (bewezen effectief) opnieuw geformuleerd zijn. Dit maakt een herbeoordeling noodzakelijk van alle interventies die reeds in de databank zijn opgenomen en dus minstens aan niveau 1 (theoretisch goed onderbouwd) voldoen.
Zolang deze hernieuwde beoordelingen nog niet gedaan zijn, hebben alle interventies het predicaat ‘theoretisch goed onderbouwd’ gekregen. Veel interventies die in eerdere instantie als ‘effectief’ of ‘deels effectief’ zijn beoordeeld, hebben om deze reden nu het predicaat ‘theoretisch goed onderbouwd’.
Naast een rangschikking naar het niveau van kwaliteit, hebben we de interventies (voor zover dat mogelijk was) ook ingedeeld naar doel(groep). Het totale aanbod aan interventies en programma’s dat er is voor opvoedingsondersteuning, preventie, gezondheidsbevordering en jeugdwelzijn hebben we gerangschikt naar de volgende vier categorieën:
- Universele interventies of programma’s bestemd voor iedereen.
- Selectieve (of geïndiceerde) interventies of programma’s op basis van problemen bij het kind zelf.
- Selectieve interventies of programma’s op basis van problemen bij de ouders of het gezin.
- Selectieve interventies gericht op ontwikkelingsstimulering en vve waarbij ouders actief ingezet worden.
Bewezen effectieve interventies
Een interventie krijgt het stempel ‘bewezen effectief’ als uit voldoende onderzoek met sterke of zeer sterke bewijskracht blijkt dat bepaalde doelen er in de praktijk beter mee worden bereikt dan met andere interventies of met niets doen. Twee jeugdinterventies zijn in de databank van het Nederlands Jeugdinstituut beoordeeld als ‘bewezen effectief’, maar slechts één heeft betrekking op opvoedingsondersteuning.
VIPP-SD
VIPP-SD (Video- feedback Intervention to Promote Positive Parenting and Sensitive Discipline), is ontwikkeld door de Universiteit Leiden, Centrum voor Gezinsstudies [329]. De interventie is zowel in Nederlandse als in internationale RCT’s getoetst op effectiviteit. In al deze studies werden de gezinnen aselect toegewezen aan de interventie- en controlegroep en werd na minimaal zes maanden een vervolgmeting gedaan. Het gaat hierbij dus om een selectieve interventie, waarbij geselecteerd wordt op basis van probleemgedrag van het kind.
De VIPP-SD is een kortdurende gedragsinterventie voor ouders met kinderen in de leeftijd van 1 tot en met 3 jaar die een verhoogd risico lopen op externaliserende gedragsproblemen. Het programma wil externaliserende gedragsproblemen voorkomen of verminderen door opvoedingsvaardigheden van ouders te versterken, met aandacht voor positieve interactie en sensitieve disciplineringsstrategieën. Dit gebeurt in zes huisbezoeken door middel van positieve feedback op video-opnamen van interacties tussen ouder en kind.