3.2.4 Interculturele competenties

JGZ-richtlijn Opvoedondersteuning

Opvoedondersteuning

Ince en Van de Berg (2010)[146] beschrijven in de ‘Overzichtsstudie interventies voor migrantenjeugd’ (2010)[146] over welke interculturele competenties professionals dienen te beschikken. Op basis van zowel internationale als nationale literatuur kan geconcludeerd worden dat de houding en vaardigheden van de professional doorslaggevend zijn voor het slagen van opvoedingsondersteuning aan allochtone ouders. 

Basisvaardigheden

Als belangrijke vaardigheden onderscheiden zij onder meer waakzaamheid voor vooroordelen, het tonen van belangstelling, een positieve benadering en daadkrachtig optreden. Sensitiviteit van de professional en respect voor de culturele achtergrond van het gezin zijn volgens hen zelfs cruciaal om een vertrouwensband te ontwikkelen met gezinnen. Sensitiviteit houdt in: culturele vooroordelen vermijden, maar ook vooroordelen op basis van sociaal-economische positie, gezinsstructuur, gender, generatie en acculturatie. Bij gezinsondersteuning bij etnische minderheden moet het belang van een vriendelijke, gastvrije en respectvolle houding benadrukt worden. Daarbinnen zijn vooral luisteren, openstaan, empathie, inlevingsvermogen, flexibiliteit en geduld belangrijk [146]

Intercultureel werken vereist niet zozeer specifieke vaardigheden, maar stelt vooral extra eisen aan algemene vaardigheden als nieuwsgierigheid, respect, kennis en flexibiliteit. Bij de opbouw van de werkrelatie kijkt men meer systematisch en meer contextueel en zijn bejegenings- en motiveringsaspecten essentieel [146]

Kennis culturele opvattingen

Naast de hierboven beschreven basishouding ten aanzien van minderheden is kennis over culturele opvattingen en religieuze achtergronden van belang bij het geven van opvoedingsondersteuning aan allochtone ouders. Veel niet-westerse migranten komen bijvoorbeeld uit een collectivistische samenleving, waarin mensen sterker op de eigen familie zijn gericht, meer tijd met de familie doorbrengen en waarbinnen de relaties hiërarchischer zijn en een grotere afhankelijkheid wordt ervaren tussen generaties. Terwijl in een individualistische samenleving mensen vooral voor zichzelf en hun gezin zorgen en de relaties gelijkwaardiger zijn en waarbinnen de autonomie gehandhaafd blijft. 
In de opvoeding kan daardoor meer nadruk op conformisme – aanpassing aan de groep – dan op autonomie, zelfontplooiing en zelfbepaling liggen [155]. Dat geldt overigens meer voor ouders van de eerste generatie, met een lage opleiding, een islamitische achtergrond en een plattelandsachtergrond [224].

Communicatie met migrantengezinnen

In het werken met moeilijk bereikbare gezinnen is het van groot belang een vertrouwensband te ontwikkelen. Het opbouwen van een band is een kwestie van een lange adem. Het opbouwen van een vertrouwensrelatie met Turkse en Marokkaanse ouders kost relatief veel tijd en investering en vraagt daardoor extra aandacht. Aansluiten bij de cultuur van de ouders werkt bevorderend. Verder is vertrouwen op te bouwen door middel van communicatie die niet direct verbonden is aan het aanbod, door een meer persoonlijke benadering, huisbezoeken, het warm houden van contacten en door iets voor de gemeenschap te doen. 

Randvoorwaarden zijn voldoende veiligheid bieden, begrip tonen voor de situatie en zorgen en twijfels serieus nemen. Een open en onbevangen benadering vraagt van professionals inzicht in de veronderstellingen, waarden en normen die hun eigen leven domineren en vraagt wat hun denken en beleving als goed, normaal en nastrevenswaardig wordt beschouwd, los te laten. Zo ontstaat er een relatie die meer op samenwerking is gebaseerd. 

Als mensen zich op deze manier serieus genomen voelen, zijn ze eerder gemotiveerd en valt er veel meer te bereiken [146]. Ook moet de professional in staat zijn zich aan te passen aan het opleidingsniveau, de basisvaardigheden, kennis, het abstractievermogen en de beheersing van het Nederlands van ouders [176].

Empowerment bij migrantengezinnen

Empowerment, het stimuleren van denken vanuit eigen kracht en kwaliteit, is belangrijk ten aanzien van migrantengezinnen. Het is wenselijk dat professionals zich richten op het ontwikkelen van copingvaardigheden, dat zij de gezonde kanten van de ouders benadrukken (niet problematiseren) en hen uit de slachtofferrol proberen te halen en te houden. Een manier om dit te bereiken, is door hen te betrekken bij diensten die zij aangeboden krijgen en met name bij het nemen van beslissingen. 

Uit een overzicht van good-practice-oudertrainingen blijkt dat het belangrijk is innovatieve rollen te vinden voor ouders. Het is bijvoorbeeld mogelijk ouders zelf in te zetten om outreachend te werken en relaties op te bouwen met andere ouders [146][175]( zie verder ook de subsectie Optimale communicatie en empowerment van ouders).

Heb je vragen?

Neem voor vragen of meer informatie contact met ons op

Contact opnemen

Heb je suggesties voor verbetering van deze JGZ-richtlijn?

Geef jouw feedback