Op welke wijze kan bij interventies rekening worden gehouden met gewoonten van risicogroepen en hoe kunnen deze (risico)groepen het meest profiteren van opvoedingsondersteuning, daarbij inspelend op:
- Etnische achtergrond: ouders met een niet-westerse achtergrond.
- Sociaal-economische status: ouders met een lage SES.
- Alleenstaand ouderschap.
- Lichamelijke en verstandelijke beperkingen: ouders van kinderen met een beperking.
- Overige risicogroepen.